maandag, maart 31, 2014

boomkathedralen


In de Flevopolder nabij Almere staat de 'Groene Kathedraal', een uniek stukje landschapskunst in Nederland. Een project van kunstenaar Marinus Boezem (1934) in de vorm van de plattegrond van de gotische kathedraal van Reims op ware grootte. De 'Groene Kathedraal' bestaat uit 178 Italiaanse populieren die in 1987 zijn aangeplant. De populieren zijn geplant op de punten waar in de echte kathedraal de zuilen ook staan. De betonnen paden verbeelden de kruisribben van de gotische gewelven. Toen rond 1996 de populieren hoog genoeg waren, is het project voor het publiek opengesteld. Omdat populieren uiteraard niet het eeuwige leven hebben, zal de 'Groene Kathedraal' geleidelijk aan verruïneren. Italiaanse populieren worden niet oud, hoogstens 40 jaar, met nog ca. 13 jaar te gaan is het verval inmiddels op geheel natuurlijke wijze ingetreden. In het bos ernaast is echter eenzelfde plattegrond vrijgelaten om met behulp van eiken- en beukenhagen een nieuwe kathedraal te vormen.

De 2e keer hadden we koffie bij ons.
Tot voor kort wist ik echter niet, dat de 'Groene Kathedraal' in de Flevopolder niet het enige kunstwerk van Marinus Boezem was, dat aan de gotische kathedraal van Reims was gerelateerd. Al sinds 1999 staat in het bos van Kroondomein Het Loo nabij Apeldoorn de z.g. boomstronkenkathedraal. Een eigentijds kunstwerk in de klassieke natuurlijke omgeving van Het Loo, bestaande uit veertig bronzen boomstronken van ca. 1 meter hoog, die als zuilenrijen het grondplan van de gotische kathedraal van Reims volgen. Een geschenk destijds aan het Kroondomein van koningin Beatrix ter ere van haar zestigste verjaardag. Het groen uitgeslagen brons dat de stronken een natuurlijke kleur geeft, doet het kunstwerk in de omgeving opgaan. De platte bovenzijden van de stronken zijn echter gepolijst en weerspiegelen zodoende het zonlicht, dat door de de takken van de bomen piept.

Kennelijk is de boomstronkenkathedraal in het Kroondomein nabij Apeldoorn niet erg bekend. Op zoek naar het kunstwerk afgelopen zaterdag, vroegen we in het bos regelmatig aan voorbijgangers de weg. Niemand kon ons echter van dienst zijn, ze hadden er zelfs nog nooit van gehoord, terwijl ze uit de buurt kwamen en hier vaak wandelden en fietsten. Je ziet die bronzen natuurgekleurde stronken uiteraard snel over het hoofd, helemaal als je geen weet van het kunstwerk hebt. Jammer, kunst is voor de mensen, maar dat ze met al die bronzen elementen in het bos bewust niet zo aan de weg timmeren kan ik ook begrijpen.

vrijdag, maart 28, 2014

risicomanagement


Gisteravond in brasserie 'De Bank', voor de gelegenheid omgedoopt tot 'Science Café Harderwijk' een lezing over 'het dreigend gevaar van overstromingen' bijgewoond van prof. dr. Jeroen Aerts, hoogleraar risicomanagement klimaat en water bij het Instituut voor Milieuvraagstukken aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Hoe het zo gekomen is weet ik niet, maar onderwerpen over watermanagement e.d. hebben altijd mijn volle interesse. (Zie o.a. mijn stukjes 'Afsluitdijk' van 5/10'08; 'Zandmotor' van 19/1'11; 'Afsluitdijk II' van 12/3'11 en 'IJsselmeer, 80 jaar' van 29/4'12).

Als gevolg van klimaatveranderingen nemen wereldwijd de aantallen heftige stormen en overstromingen toe. En daarmee de risico’s op catastrofes in kustgebieden. prof. dr. Jeroen Aerts doet al bijna twintig jaar onderzoek naar methoden om met name stedelijke gebieden beter te beschermen tegen deze natuurrampen. Hij geeft uitleg over maatregelen die steden aan het water zullen moeten treffen om de risico’s te verkleinen. Daarbij deinst hij niet terug voor een pleidooi voor een ingrijpend andere invulling van de infrastructuur. In binnen- en buitenland wordt vaak een beroep gedaan op zijn deskundigheid. Zo schakelde New York hem in om een plan te ontwerpen dat de stad kan beschermen tegen toekomstige stormen. Hij bedacht tevens constructies waarbij Nederlanders zich weer kunnen verzekeren tegen overstromingen. Een mogelijkheid die na de watersnoodramp van 1953 lange tijd niet bestond.

Het was een leerzaam avondje. Het water komt volgens Jeroen Aerts van alle kanten op ons af. Vaker plensbuien, langdurige regen, gezwollen rivieren mede door de smeltende gletchers, en last but not least, een stijgende zeespiegel door uitzetting van het zeewater en het smeltende landijs in de poolgebieden. Het één en ander in combinatie met bodemdalingen alom in deltagebieden en polders kan uiteraard funest uitpakken. Zeker in een landje als Nederland waarin economisch gezien het belangrijkste deel ver onder de zeespiegel ligt. Maar gelukkig hebben we de Waterschappen die de vinger aan de pols houdt, en waar nodig maatregelen treffen in de vorm van dijkverhoging, zandsuppletie of meer ruimte voor water creëren. Wat ook meer en meer moet en gaat gebeuren in de toekomst, is dat we met onze (stede)bouwplannen rekening houden met overstromingen. Bijvoorbeeld woningen die kunnen drijven, we zullen wel moeten!

donderdag, maart 27, 2014

Eye in Amsterdam


We hadden de auto weer achter de Sixhaven geparkeerd, volgens mij zo ongeveer de enige plek nabij het centrum van Amsterdam, waar je nog even gratis kan parkeren. Van daaraf een kwartiertje lopen en je bent in het filmmuseum, een korte maar leuke wandeling langs het water. Tenminste als je niet languit op straat komt te liggen, zoals me vanmorgen overkwam. Waarover ik struikelde weet ik niet, maar het gebeurde gewoon, knap gênant. Op wat ontvellingen na aan m'n handen, ben ik er redelijk vanaf gekomen. 't Was even schrikken, maar voor m'n gevoel was de situatie weer vrij snel genormaliseerd. Verder maar weer, op naar het Eye!

De tentoonstelling 'Cinema Remake' die er momenteel te zien is gaat over remakes in film en beeldende kunst. Vooral in Hollywood schijnen regisseurs regelmatig 'remakes' te maken van bestaande films. Dat een film geen origineel idee hoeft te zijn om een succes te worden, bewijst bijvoorbeeld de film 'King Kong' uit 1933. De film is in een vernieuwde versie ook weer in 1976 en 2005 uitgebracht. In de tentoonstelling was allerlei werk te zien van filmmakers én kunstenaars die teruggrepen naar filmklassiekers om zo nieuwe films, video-installaties en soundtracks te maken.

Om eerlijk te zijn had ik de expositie snel gezien. Dat zal ongetwijfeld te maken hebben met het feit dat ik absoluut geen grote cinefiel ben. In mijn ogen was de tentoonstelling meer een studieproject voor gevorderde cinefielen, dan een interessante tentoonstelling voor de gemiddelde film- en kunstliefhebber. Jammer, maar de linzensoep en het broodje gerookte zalm smaakte er tijdens de lunch in het Eye-café niet minder om!

woensdag, maart 26, 2014

de jarige dochter


Al doe je het tegenwoordig met gemengde gevoelens, je hebt altijd jou verjaardagen gevierd, schrijf je. Vieren wat er te vieren valt! Een mooie eigenschap vind ik, die je het hele jaar door moet koesteren. Dat houdt volgens mij impliciet in, dat je dat vieren niet perse op je geboortedag hoeft te doen. Laten we vanaf heden accepteren dat het leven niet wordt opgedeeld in een in mootjes van één jaar gehakte lijn, maar gewoon één lange rechte lijn is van wieg tot graf. Hoe lang die lijn is weet gelukkig niemand, daarover maken we ons vanaf heden dan ook niet druk meer. Vanaf vandaag kijken we alleen naar de leuke dingen die we meemaken, en die vieren we uitbundig in ons eentje of met wie dan ook!

Mocht dat toevallig toch ook weer een viering van je geboortedag zijn, dan ben ik uiteraard graag van de partij!

dinsdag, maart 25, 2014

de jarige kleinzoon


Mink, onze jongste kleinzoon is onlangs jarig geweest. Als gewoonlijk hebben we dat met z'n allen in Amsterdam, thuis bij zijn vader gevierd. Iedereen, nou ja bijna iedereen was er weer. Pa, ma, neefje, nichtjes, ooms, tantes, de nieuwe vriend van ma, opa's, oma maar spijtig genoeg voor hem en iedereen geen oma van moeders kant meer. Voor het eerst in zijn jonge leven, heeft hij het afgelopen jaar te maken gekregen met het verlies van een geliefde. De tragiek van het het leven zal ook bij Mink vroeg of laat ten volle doordringen. Maar nu was het feest, want het leven gaat ook door. En dat hebben we gevierd, het was gezellig, en er was weer volop te eten en te drinken!

Ik vraag me trouwens wel af, of Mink en Daan, zijn enige neefje, er veel van hebben meegekregen. Die gasten kropen in de kamer van Mink met een zak chips gelijk achter de computer. En daar bleven ze zitten tot het feest praktisch voorbij was. Pogingen van die en gene om beide knapen enigszins te betrekken bij het feestje, nota bene Mink's eigen feestje, hadden weinig resultaat. De computer games slokten al hun aandacht op! Een fenomeen van deze tijd? Ik zie het meer om me heen, en zal er mee moeten leren omgaan. Echter aan het gerommel met telefoontjes, tablets, laptops en pc's in gezelschap kan ik moeilijk wennen. Maar laat ik ophouden te zeuren over het vermeende social media virus, want het was gewoon hardstikke gezellig op Mink's feestje. Bovendien vond ik het weer een genoegen om Annet, mijn ex-schoondochter en haar familie weer eens gesproken te hebben!

woensdag, maart 19, 2014

een leuk weekend


Van Warfstermolen in Friesland, een streekdorp in de gemeente Kollumerland en Nieuwkruisland met nog geen 200 inwoners, had ik nog nooit gehoord. Maar op mijn zoektocht naar een leuk en betaalbaar onderkomen voor een familieweekend met dertien personen kwam ik daar zowaar terecht, de zegeningen van het Internet zal ik maar zeggen. Van 'Logement Doosje', een voormalige kop-hals-rompboerderij, is een bijgebouw, waarschijnlijk een voormalige stal, tot een groot familiehuis getransformeerd. Een familiehuis met een redelijke mate aan privacy, voldoende slaapkamers, goeie sanitaire voorzieningen, een eigen keuken, en last but not least, een behoorlijke woonruimte!

Aanvankelijk dacht ik dat ze zich met de naamgeving van het logement hebben laten inspireren door de fors gebouwde doos binnen het oppervlak van het oorspronkelijke rompgedeelte van de boerderij, waarin ze een restaurant met een grote open haard hebben gesitueerd. Een plausibele gedachte misschien vanuit architectonisch oogpunt gezien, maar wel helemaal fout. Toen ik het aan Dina en Bennie de Ruiter, de eigenaars van 'Logement Doosje' vroeg hoe het zat, bleken ze uit Doosje te komen, een buurtschap in de gemeente Steenwijkerland in Overijssel. Hoe verzin je het, maar zo'n naam blijft wel hangen!

Het meest kenmerkende van de autorit naar het hoge noorden in ons landje, is de toenemende leegheid van het landschap. In het grootste deel van ons land kan je dagelijks om de één of andere reden wel getuige zijn van een aanslag op de open ruimte. Door de alsmaar toenemende bebouwing, wordt de open ruimte versnipperd tot kleine gebieden of fragmenten die omsloten worden door andere functies zoals bedrijventerreinen, wegen en woonwijken. Maar in de omgeving van Warfstermolen hebben ze daar absoluut geen last van, daar is het landschap door de langdurige afzondering al vele decennia onveranderd gebleven. En daarin ligt volgens mij ook de charme van dit opmerkelijk lege gebied.
Enige dissonant in dit gebied is misschien het onlangs nog veel besproken Satellietgrondstation NSO (Nationale SIGINT Organisatie) in Burum. Maar je kan ook zeggen dat de schotels het gebied letterlijk en figuurlijk een ruimtelijk accent geven. Hoe dan ook, je kijkt hier echt kilometers van je af, heerlijk alsof je op zee zit!

Toen Joke en ik vrijdagmiddag rond vier uur als eersten arriveerden, werden we opgevangen en rondgeleid door Dina en Bennie de Ruiter, en kregen we over van alles en nog wat tekst en uitleg. Toen dat eenmaal achter de rug was, en we ons hadden geïnstalleerd was het tijd voor een wijntje. We zaten echter net een beetje uit het raam te staren naar het weidse landschap, toen Christa, Jan, Jeanne en Kim uit Harderwijk al kwamen binnenwaaien, een uurtje later gevolgd door Simone, Wilco, Roos en Daan uit Zwolle. Op Evert, Thijs en Mink uit Amsterdam zouden we nog een poosje moeten wachten, die konden pas rond half tien van de partij zijn. Nadat iedereen zich had gesetteld werd er uiteraard eerst een flesje ontkurkt. Gezellig, en door de grote open keuken in het midden van de woonruimte, konden Joke en ik al kokkerellend nog van de partij zijn, want er moest natuurlijk nog wel gegeten worden. De overheerlijke witlof/tonijnsalade van Joke en mijn macaronischotel ging er in als koek. Toen rond half tien ook de Amsterdammers gearriveerd waren was de club compleet. In de loop van de avond taaide de één na de andere af naar zijn of haar kamer, maar een paar doordouwers hebben echter nog tot in de kleine uurtjes zitten ouwehoeren.

Zaterdagmorgen, rustig wakker worden, rond 10 uur zouden we ontbijten was de afspraak. En zowaar dat lukte, een enkeling moest nog wel even wat extra gepord worden, maar dat is normaal. Vers brood, croissantje, eitje, lekkere kaas en vleeswaren en nog veel meer, het ging er in alsof we met z'n allen de hele nacht in de haven hadden gewerkt. Gezellig, ook dat, zo vaak maak je de hele club niet mee op de vroege ochtend! En na het ontbijt waren we aan de koffie toe, en toen dat was verwerkt zat de zaterdagochtend er alweer op. Tijd om eventjes naar de geiten en de scharrelkippen te kijken, prachtige beestjes, iets anders dan de plofkippen uit de supermarkt. Alhoewel, er liepen wel een paar hele mollige sierkippen rond, koddig om ze te zien rennen. Iemand kwam op het idee om een visje eten in de haven van Lauwersoog, een ander wilde naar Oostmahorn, en dan met name naar Esonstad, dat merkwaardige door Landal gebouwde vestingstadje in oud Friese stijl, met een eigen havencafé en een waaggebouw.

Daarna nog even Dokkum aandoen en dan zit de vijf wel weer in het uur. Zogezegd zo gedaan, een uurtje later liepen we in Esonstad, mooi, alleen de mensen ontbraken. Snel door naar de haven van Lauwersoog voor een visje, de kibbeling liet wat lang op zich wachten, maar we hadden de tijd. Uitkijkend over de haven en het wad moest ik denken aan de keer dat ik met de 'Swing' meedeed aan de Colin Archer Memorial Race. Een zeilrace van Lauwersoog naar Larvik in Noorwegen.

Met een kanonschot over de haven vertrokken we destijds onder vol tuig. Dat waren andere tijden, gauw terug in het nu, ook leuk, en het visje smaakte heerlijk, nog bedankt Wilco. In Dokkum scheen het zonnetje inmiddels weer volop, tijd voor een terrasje bij 'De Posthoorn' aan het Diepswal. Prachtig stadje ook, waar we in het verleden wel met de 'Swing' gelegen hebben. Terug in ons familiehuis werd er paard gereden op Kwiebus, een 27 jaar oude knol. Erg dynamisch ging het er niet aan toe, maar het was voor met name Kim een geinig tijdverdrijf, ze genoot ervan en wij ook. Rond zes uur kwamen Dina en Bennie bij ons de tafel dekken, we hadden met ze afgesproken dat ze voor ons rond zeven uur in het familiehuis een 3 gangen diner zouden verzorgen.
Spannend, wat zou het worden! Daar kwamen we vrij snel achter, Italiaans, wederom pasta dus, ze konden natuurlijk niet ruiken dat we de vorige avond ook al een eigen gemaakte macaronischotel hadden genuttigd. Geen probleem, de sfeer was goed en het was evengoed weer heel smakelijk. Al werkte de amuse in de vorm van een soort kaasballetje op een lepeltje wel een beetje op onze lachspieren. Met name Daan en Mink begonnen een beetje met het balletje te rotzooien. Maar uiteindelijk hadden ook zij het balletje achter de kiezen zitten, en mocht wat ons betrof de soep wel doorkomen. Na het vermelde hoofdgerecht kregen we uiteraard het toetje. Een variatie van kleine hapjes, voor ieder 3 stuks, die we van een soort meertraps bonbonnière moesten afnemen.
In een mum van tijd was de fraai opgemaakte snoeptoren, of hoe heet zo'n ding eigenlijk, van zijn heerlijkheden ontdaan. Toen we vervolgens ook de koffie met al of niet een pikketanisje hadden weggewerkt, waren we klaar en was de avond al aardig gevorderd. De één dook met een boek of krant de zithoek in, de ander installeerde zich voor een tijdje voor de TV en weer een ander dook z'n kamer in of verdween voor een poosje in één van de badkamers. Even na middernacht werd het stil in huis, van de enkele diehards die wederom tot in de kleine uurtjes zijn doorgegaan heb ik in ieder geval niets meer gehoord. Ik ben kennelijk als een blok in slaap gevallen. Zondagmorgen hebben we de tafel maar weer gedekt en een grote omelet gebakken, waarna de één na de ander uit z'n doosje kwam. Klokslag tien uur zat iedereen weer aan het ontbijt, keuvelend over van alles en nog wat, gezellig!

Zo'n ochtend vliegt voorbij, voordat je er erg in hebt is het alweer twaalf uur. Rond twee uur moesten we het huis verlaten, veel tijd om samen nog iets te doen hadden we dus niet. Dat hebben we dan ook niet gedaan, iedereen deed waar hij of zij zin in had, en dat was prima. Kim heeft Kwiebus nog maar weer eens gezadeld voor een ritje, maar erg enthousiast ging dat wat Kwiebus betreft niet. Ze was zo te zien niet vooruit te branden, toen Kim haar vervolgens weer terug in de wei wilde zetten, lukte dat slechts met de grootst mogelijke moeite. Het gezegde 'Trekken aan een dood paard' was hier uiteraard niet aan de orde, maar het leek er wel een beetje op. We hebben er weer smakelijk om kunnen lachen.

En ineens was iedereen aan het inpakken en werden de auto's voorgereden. Nog even langs Dina en Bennie gelopen om ze te bedanken voor de goede zorgen, en toen zat ons familieweekendje erop. Nog een knuffeltje hier en een knuffeltje daar, en weg was iedereen. Een tijdje reden we nog achter elkaar aan, maar op een gegeven moment was iedereen uit het zicht verdwenen. We waren weer helemaal met z'n tweetjes. 's Avonds bij 'Monopole' een visje gegeten en genoten van een werkelijk prachtige zonsondergang. Het toetje als het ware op een leuk weekend!

donderdag, maart 13, 2014

eventjes naar zee


De zee en de duinen wilden we proeven met dit prachtige weer. Vanuit Amsterdam naar IJmuiden, echter bij nader inzien toch maar naar Bloemendaal gereden. Wandeling gemaakt over en nabij de Eerebegraafplaats in de Kennemerduinen tussen Overveen en Bloemendaal aan Zee. Weer even stilgestaan bij de 41 grafvakken waarin totaal 329 verzetsstrijders uit de Tweede Wereldoorlog liggen begraven. Doodstil was het, alleen het zachte suizen van de wind. Genietend van de stilte, hebben we daar een tijd op een bankje gezeten, en de koffie gedronken die we van huis uit hadden meegenomen. Als ik daar ben sta ik altijd even stil bij vak 22 waarin Hannie Schaft begraven ligt. De film 'Het meisje met het rode haar' van Ben Verbong uit 1981 heeft destijds nogal indruk op mij gemaakt.

De laatste keer daar was ik samen met mijn moeder, zo'n zes jaar geleden, zie mijn stukje "Kraantje Lek" van 4 juni 2008. Aangrijpend, voor haar nog meer dan voor mij, bizar om een mensenleven later tussen de graven te lopen van de vele vermoorde generatiegenoten. Jonge mensen, allemaal zonder enige vorm van rechtspraak in de duinen geëxecuteerd! En waarom, omdat ze voor de vrijheid opkwamen. Ze hadden het besef dat vrijheid niet iets vanzelfsprekends was, maar dat je die moest bevechten en beschermen! Gelukkig leven we nu wat vrijheid betreft in betere tijden, althans in onze contreien, maar laten we alert blijven.

Terug in de auto zijn we over de Zeeweg naar Bloemendaal aan Zee gereden. Dakje open, wat een weer, en wat een prachtig gebied toch die Kennemer Duinen. In Bloemendaal aan Zee hebben we geluncht in strandpaviljoen Lido, één van de weinige strandtenten die al volop draaide, en dat was te merken gezien de drukte. De meeste strandtenten zaten nog volop in de opbouw. Alvorens na de lunch de auto weer op te zoeken, hebben we nog een strandwandelingetje gemaakt. Heerlijk weertje, maar ik kreeg kippenvel bij het zien van de kinderen in zee. De temperatuur van het zeewater is volgens de tabellen die ik zag zo rond de 8º C, maar die gasten hadden het nergens over. Wim Hof, beter bekend als 'de IJsman' zou erom lachen, maar ik wacht toch liever nog een maandje of wat voor ik de zee in duik.

zondag, maart 09, 2014

muziek-anhedonie


Muziek laat sommige mensen echt volkomen koud, las ik afgelopen vrijdag in de Volkskrant. Enkele Spaanse- en Canadese biomedici en neurologen hebben voor het eerst aangetoond, dat er een specifieke anhedonie voor muziek bestaat. Het gaat waarschijnlijk om een hele kleine groep mensen, hooguit 2 à 3 procent van de bevolking. Geen vreugde (meer) kunnen beleven aan muziek was al wel een bekend verschijnsel, maar ging altijd gepaard met een totaal gebrek aan vreugde. Anhedonie, het algehele onvermogen om plezier te halen uit welke prettige ervaring dan ook. Maar nu weten we dus, dat er mensen zijn die overal plezier aan kunnen ontlenen, behalve aan muziek! De wetenschappers hebben het gepubliceerd in 'Current Biology', maar ik vind het onvoorstelbaar. Voer voor muziekpsychologen lijkt mij!

In mijn stukje Een beter oord! van 4 januari j.l. schreef ik: Muziek verbind mensen en kan van dit ondermaanse voor iedereen een beter oord maken! Jammer, maar voor 2 à 3 procent van de mensen gaat dat kennelijk niet op.

donderdag, maart 06, 2014

stevige wandeling


Als we naar het Eye gaan, parkeren we de auto altijd achter de Sixhaven in Amsterdam Noord. Zo ook gisteren, hoewel we deze keer niet naar het Eye gingen maar naar het City Theater aan het Kleine Gartman Plantsoen. Een aardig eindje uit de buurt dus, maar het was mooi weer, we hadden wel zin in een wandeling. Inmiddels was het echter ook lunchtijd geworden, dus zijn we eerst maar even café De Pont ingedoken. Tijd zat, de film '12 Year a Slave' begon pas om 13.40 uur. Broodje makreel, uitsmijtertje, glaasje erbij, het is daar altijd een gezellige drukte. We vergaten de tijd, maar ineens realiseerden we ons dat we ons moesten haasten, wilden we nog op tijd in het City Theater zijn. We hadden nog drie kwartier om helemaal naar de andere kant van de binnenstad te wandelen, maar we moesten uiteraard eerst nog met de pont naar de overkant van het IJ.

Het Centraal Station aan de overkant zijn we dwars doorgestoken, een drukte van belang, we konden over de koppen lopen. Vervolgens via het Stationplein, Damrak en Dam de Kalverstraat in tot aan het Spui. Overal druk, druk, druk, en nog eens druk, het schoot niet op. Via het Spui en de Huidenstraat naar de Keizersgracht, Leidsegracht en Prinsengracht naar de Leidsestraat, en via het Leidse Plein naar het Kleine Gartman Plantsoen. Daar als de bliksem een ticket gekocht en zaal 5 opgezocht. De vertoning van de voorfilms was reeds begonnen, maar in de voor onze ogen op dat moment nog pikdonkere zaal hebben we evengoed een prima plekje gevonden voor de eerst komende uren.

Voor de verfilming van 'Twelve Years a Slave', het autobiografische verhaal dat Solomon Northup ruim 150 jaar geleden schreef, heeft de Britse, in Amsterdam woonachtige beeldend kunstenaar en filmregisseur Steve McQueen (1969) afgelopen zondag de Oscar voor de beste film van het afgelopen jaar gekregen. Ik las dat hij deze belangrijkste Oscar voor een deel aan zijn echtgenote, de Nederlandse Bianca Stigter te danken heeft. Stigter, journaliste bij het NRC, had op enig moment het verhaal van Solomon Northup op de kop getikt. Ze las het meedogenloze drama over de zwarte Northup, die in 1841 werd ontvoerd en 12 jaar als slaaf werd uitgebuit, in één adem uit. Ze adviseerde haar man vervolgens, om dit verhaal als scenario voor zijn geplande film over slavernij te gebruiken. McQueen, die inmiddels ook door het verhaal gegrepen was, kon haar daarin alleen maar gelijk geven. Hij maakte er met behulp van het productiebedrijf van Brad Pitt de beste film van het afgelopen jaar van. Nu we de film zelf gezien hebben, kunnen we ons goed vinden in de beslissing van de jury!

Op de terugweg hebben we in café van Puffelen aan de Prinsengracht even wat gedronken. Een café waar ik vroeger vaak kwam en mooie herinneringen aan heb. Via de Raadhuisstraat en de Spuistraat zijn we weer naar het Centraal Station gewandeld. Even weer doorsteken, aan de andere kant lag de pont al op ons te wachten. Een kwartiertje later waren we in de auto op weg naar E in Amsterdan-Zuidoost. Rond zes uur zaten we daar aan de borrel, en liet E ons een stukje 'Gravity' zien, de film die het afgelopen jaar naast '12 Year a Slave' ook lange tijd een serieuze kandidaat voor de belangrijkste Oscar was.

zondag, maart 02, 2014

'spelen en werken'


'Spelen en werken', ik had het stukje ook 'brood en spelen' kunnen noemen, maar spelen stond voorop, pas daarna kwam werken en brood, vandaar. Het in vorige eeuw door mijn opa opgerichte familiebedrijf VEKA was voor mij in mijn kindertijd één grote speelplaats. Het enorme terrein in mijn kinderogen, lag er weliswaar redelijk gestructureerd bij, maar was op bepaalde plekken evengoed knap rommelig. Met name achter op het terrein bij de houtzagerij. Daar lagen de grote boomstammen vaak zolang te wachten om tot hapklare brokken te worden verwerkt, dat je ze door het welig tierend onkruid nog nauwelijks zag liggen. Een prachtige plek om hutten tussen te bouwen. Met de (zaag)lorrie voerden we dan voor ons bruikbare restanten aan uit de houtzagerij. Wat we over hielden gooiden we dan op het permanent smeulende vuur op de (vuilnis)belt. En we hadden altijd wat over, want vuurtje stoken was één van onze vele liefhebberijen.

Als het regende speelden ik vaak met m'n neefje(s) en/of een paar vriendjes bakkerijtje in de houtzagerij, of we waren aan het figuurzagen in de werkplaats of aan het lood smelten in de grote potkachel (zie o.a. mijn stukje 'vloeien en stollen' van 11 maart 2006). Praktisch nooit werd me een strobreed in de weg gelegd, alhoewel een werknemer soms wel eens tegen me zei, als ik hem vroeg om een gaatje te boren of wat dan ook, dat ik meer vroeg dan hij verdiende. Het was niet anders. En als ik als jong knaapje eigenhandig machines, zoals o.a. een cirkel- of lintzaag inschakelde kreeg ik ook tegengas. Dat vonden ze te gevaarlijk voor me, alhoewel toen ik een jaar of 12 was, hadden ze het nergens meer over. Ook als m'n opa zag, dat we in de fruitbomen zaten te rommelen om een paar appels te plukken die vaak nog niet rijp waren, kon hij furieus worden. Het waren nog van die ouderwetse hoge fruitbomen waar je als jongetje echt in moest klimmen, om een appeltje te kunnen bemachtigen. Mijn opa heeft me een keer met een hark uit de boom getrokken!

Gaten graven, bessen plukken, kikkers vangen, eieren rapen in het kippenhok, vogeltjes vangen voor in de volière en muziek maken met oude instrumenten van mijn opa. We waren de fanfare, in ganzenpas sjouwden me neefjes en ik dan bonkend en tetterend rond het werkplaatscomplex. We werden daarna vaak door oma getrakteerd op een heerlijk sneetje witbrood met pindakaas. Het was een speelplek zoals de kinderen van nu ze nu niet vaak meer zullen treffen, dat weet ik wel zeker. Later deed ik vaak klusjes als vakantiewerk, samen met m'n neefje(s). Bijvoorbeeld molentjes schilderen d.w.z. de boven- en onderkanten. Voor 100 stuks, waar je ongeveer een halfuur over deed als je een beetje doorwerkte, kregen we een kwartje. Zeilbootjes maken deden we ook, driemasters, we zetten 3 op lengte geknipte fietsspaken in een houten romp en tuigden het geval met witte kunststofzeiltjes op. Leuk werk, het was een beetje spelen en werken eigenlijk, zo verdienden we als scholier een zakcentje voor de vakantie bij elkaar!