vrijdag, december 31, 2010

oudjaar



Weer een dag

De schemer komt de kamer in verkleurt
De kleuren tot ze grijzer blauw en uitgebloeid
En alles losgeraakt de tafel en de stoelen

Buiten wordt een gat en zwarten in het zwart de bomen
Schiet een vogel langs wij raken aan de rand
Van de wereld gelukkig vind ik zo je hand

Is dit dagelijkse vrede of ontreddering
Dit in de schemering verdwijnen van de dingen
Waarin de dagelijkse dag zich aan ons bindt

Wij doen de deur op slot sluiten de gordijnen
Wij doen de lichten aan tegen het verstrijken
Van onszelf wij zeggen hou me vast hou me altijd bij je

Oudjaar alweer een jaar
Maar het hele jaar door sterft het jaar
In onze armen


Uit: 'Nieuwe veters', verzamelde gedichten 1979-2006 van Robert Anker.

Bovenstaand gedicht van de Nederlandse schrijver en dichter Robert Anker (1946) vond ik onlangs op internet. Een passend gedicht voor de laatste dag van het jaar, mooi gezegd! Ik ken Robert Anker verder van zijn roman 'Een soort Engeland' uit 2002. Een prachtig onderhoudend boek over de malle wereld van het toneel in Amsterdam en alles daar omheen, dat destijds is bekroond met de Libris Literatuur Prijs. Maar uiteraard heeft hij meer romans en poëzie geschreven.

Buiten lijkt de mist dikker te worden. Als dat zo doorgaat kan er vannacht tijdens de jaarwisseling wel eens weinig plezier worden beleeft aan het vuurwerk. Dat wordt gelijk aan het oog onttrokken.

donderdag, december 30, 2010

Eendrachttrainee



In 'De Drietand', het verenigingsblad van de Nederlandsche Vereeniging van Kustzeilers, las ik pas een artikel van Ben H. over Nautisch Rotterdam. Varend in z'n Victoire 933 op de Nieuwe Waterweg komt hij behalve grote zeeschepen, supplyvessels en passagiersschepen ook het zeilend zeeschip de (tweede) 'Eendracht' tegen. Mijn gedachten gingen even een tijdje terug in de tijd toen ik dat las.

Op zeilend zeeschip de (eerste) 'Eendracht' heb ik als trainee menig uurtje doorgebracht. Van ééndagstochtjes langs de Nederlandse kust nabij Scheveningen tot enkele meerdaagse tochten vanaf Scheveningen of Rotterdam naar Oostende, Great Yarmouth, Borkum en Delfzijl.

De zeiltocht naar Borkum en Delfzijl in 1987 was destijds de 500ste trip van de 'Eendracht'. Ter ere van dit feit, kreeg de vaste crew van ons tijdens het capteinsdiner op zee een prachtig schilderij van de 'Eendracht onder zeil' aangeboden, gemaakt door trainee en kunstschilder Jan S. En toen we later in Delfzijl afmeerden, kwamen de muzikanten van de plaatselijke fanfare ons al spelend achter elkaar over de smalle steigers tegemoet marcheren. Dat was wel even lachen natuurlijk!
De zeiltocht van Oostende naar Great Yarmouth in 1988 was nogal heftig. We werden midden in de nacht vrij plotseling overvallen door onverwacht veel wind, een heuse storm 9 à 10 Bft. halverwege Oostende-Great Yarmouth! Met als gevolg een scheur in het grootzeil, een 1000 liter waterboyler die in de kombuis van z'n bevestiging scheurde en veel ravage overal. Emmers met appels e.d. vlogen als levensgevaarlijke projectielen door de hut, en sloegen te pletter tegen de scheepswand. Het hele feest duurde hooguit anderhalf à twee uur, maar met de chaos opruimen waren we iets langer bezig.

De (eerste) 'Eendracht' een in 1974 voor de Stichting 'Het Zeilend Zeeschip' in Amsterdam bij scheepswerf Cammenga gebouwde stalen tweemast gaffeltopzeilschoener, vaart sinds haar verkoop aan de Duitse Clipper Rederij op 1 september 1989, onder de naam 'Johann Smidt' (naar politicus, theoloog en oprichter van Bremerhaven, 1773-1857) vanuit haar thuishaven Bremen onder Duitse vlag.
De (eerste) 'Eendracht' met een totale lengte van 35,94 meter bij een breedte van 8,03 meter en een diepgang van 3,60 meter, had een waterverplaatsing van 220 ton. Ze kon max. 586 m2 zeil voeren, had een hoofdmotor van 400 pk en 37 kooien. De nieuwe eigenaar heeft de ra in de voorste mast verwijderd, waardoor het nu nog max. 471 m2 zeil kan voeren. Ten goede volgens mij, de fraaie belijning en het zeilplan komt zo beter tot uiting. Ook zonder zo'n klassiek razeil is en blijft het een stoer schip met een prachtige zeeg.





Een mooier gelijnd schip dan haar grotere opvolger vind ik. De tweede 'Eendracht', een in 1989 bij scheepswerf Damen in Gorinchem gebouwde driemastschoener met een totale lengte van 59,80 meter, een breedte van 12,30 meter, een diepgang van 5,00 meter, een waterverplaatsing van 510 ton, een zeiloppervlak van max. 1206 m2, een hoofdmotor van 540 pk en 56 kooien.





Het is niet anders, groot en mooi is duur en het moet allemaal wel betaalbaar blijven. Om meer mensen in de gelegenheid te stellen om kennis te maken met de zee en het zeezeilen, moeten er concessies worden gedaan.

maandag, december 27, 2010

Indonesisch diner



Buiten het basisgerecht rijst, bami of miehoen, bestaat een traditioneel Indonesisch diner doorgaans nog uit een flink aantal watertandende bijgerechten. Alles mooi en overzichtelijk in schaaltjes over een feestelijk gedekte tafel uitgestald, al of niet op warmhoudplaten.

Mooi bedacht, maar lastig gedaan met 13 oudere en jongere gasten om een tafeltje van matige afmetingen. Het was me een partij regelen, passen en meten met al die schaaltjes waar ik simpel van werd. En toen eindelijk iedereen was aangeschoven en z'n plek had ingenomen, was de zorgvuldig gecreëerde overzichtelijkheid door al het geschuif, geschep en gegraai in een mum van tijd alweer verdwenen. Dag, mooi gedekt tafeltje!

Maar wat gelukkig niet verdween, was de goede sfeer, en daar deden we het uiteindelijk toch allemaal voor. Bovendien, en toch ook niet onbelangrijk, smaakte de wijn en de Nasi-, Bami- en Miehoen Goreng met Telor/ei Blado, Orak-arik, Sayoer Lodeh, Semoor (rundvlees), Semoor (kip), Oblok-oblok, Daging Bakar Ketjap, Dendeng Belado, Ajam Boemboe Bali, Tahoe Peté, Tempé Kouseband, Ikan/vis Boemboe Bali, Oedang Nanas, Atjar tjampoer, Saté Ajam en Kroepoek oedang ook nog eens voortreffelijk.



De culinaire afsluiting van Kerst 2010 was met dank aan Toko Moetiara een lichtelijk chaotische maar gezellige familiebijeenkomst.

vrijdag, december 24, 2010

kosmische kerstboom



Eigenlijk had ik het zelf zo niet willen zeggen, maar daar denk ik sinds vandaag toch iets anders over. Alle schroom is vanmorgen bij het lezen van m'n krantje pardoes van me afgevallen. Want mijn conclusie van 'Bij Sagittarius A zit het enige echte middelpunt', een artikel in de wetenschapsbijlage over onze Melkwegkern van Govert Schilling, kan niet anders zijn dan dat (behoudens de meerdere melkwegstelsels in het universum) werkelijk alles in de kosmos om Sagittarius draait! Met nauwkeurige radiometingen hebben ze de waarde van de massa van het centrale zwarte gat van Sagittarius uitgerekend op 4,3 miljoen keer zo zwaar als onze zon! En daarom draait ook onze eigen zon met de hele rataplan er eens in de 226 miljoen jaar omheen op een afstand van 27 duizend lichtjaar met een snelheid van 216 kilometer per seconde! Prachtig, een passender metafoor kan een mens zich niet bedenken.



Maar alle gekheid op een stokje, als aardbewoner voel ik me bij het lezen van dit soort wetenswaardigheden natuurlijk kleiner dan kleinst, niets eigenlijk. Schilling noemt Sagittarius een kosmische kerstboom die voor het oog haast onzichtbaar is. Je moet voor het sterrenbeeld Sagittarius of Boogschutter sowieso naar het zuidelijk halfrond afreizen, en dan nog zie je door de gigantische hoeveelheid kosmische stof in het Melkwegstelsel slechts een tienmiljardste deel van het uitgestraalde licht. Niet te geloven wat ze allemaal uit kunnen rekenen! Hoe dan ook, het is wel een werkelijkheid die volgens mij terecht door Schilling zowel prozaïsch als poëtisch wordt genoemd.

woensdag, december 22, 2010

eindejaarsuitje



Al een aantal jaren proberen we samen met onze kleinkinderen iets leuks te doen in de laatste maand van het jaar. Het ene jaar gaan we naar één of andere musical, het andere jaar naar een wintercircus, winterfeest of toneelstuk. Gisteravond was het de voorstelling 'Tien jaar van de straat' van de groep 'Percossa', rebels of rhythm in theater 'De Lampegiet' in Veenendaal. Een typische vorm van muziektheater, die werd gebracht door vier zeer energieke Haagse performers.

Maar vooraf zijn we eerst de Grebbeberg nog opgeweest nabij Rhenen. Via een korte wandeling over de besneeuwde Militaire Erebegraafplaats, naar het infocentrum aldaar. Iedereen was aardig onder de indruk van het trieste verleden van deze plek. Vooral de meiden, die schreven in het bezoekersregister zowaar hun gevoelens een beetje van zich af. De jongens daarentegen hadden inmiddels de draad al weer opgepakt, en waren buiten sneeuwballen aan het gooien.

De wandeling daarna in het besneeuwde bos achter het monument aan de overkant van de Grebbeweg, was sprookjesachtig. Prachtig, vooral het panorama aan de bosrand hoog op de berg, onnederlands gewoon. De rivier de Nederrijn en de besneeuwde half bevroren uiterwaarden in de diepte, nog net te zien in het onbeschrijfelijke licht van een laagstaand en gefilterd namiddagzonnetje. Erg lang konden we daar niet staan blijven kijken, we moesten wel voorkomen dat we in het voor ons onbekende bos door het donker zouden worden overvallen. Evengoed kreeg ik op een gegeven moment toch het knagende gevoel, dat we in dat stille bos een beetje aan het dwalen waren. En ik niet alleen, iedereen begon een andere kant uit te wijzen. Maar uiteindelijk liep iedereen toch maar achter de roverhoofdman aan. En gelukkig kwamen we zowaar weer op de Grebbeweg uit, alleen op een heel andere plek dan de bedoeling was, maar we wisten in het schemerdonker in ieder geval weer waar we waren. Een klein halfuurtje later zaten we weer in de auto, opweg naar het pannenkoekenhuis een eindje verderop.

Eerst drinken, iedereen had grote dorst. Toen pannenkoeken uitzoeken, natuurlijk was er weer veel te veel keuze, je zag door de bomen het bos niet meer. Dat heb je vaker in dat soort eettenten, maar goed we zijn eruit gekomen. Ze waren heerlijk maar machtig, niet iedereen kon hem helemaal op. Dat had ik toch niet verwacht, en van die mannetjes zeker niet. Toch wisten enkele doorzetters evengoed na de pannenkoek nog een forse dame blanche naar binnen te werken. Maar toen was het mooi geweest, tijd om richting Veenendaal tegaan. Op naar theater 'De Lampegiet'!

Nabij de theaterentree kwam Jeanne tot de ontdekking dat ze haar mobieltje kwijt was. Grote schrik, net had ze hem nog, dus hij moest wel ergens op de route tussen de geparkeerde auto en de theaterentree in de sneeuw liggen. Een wit mobieltje in de sneeuw!? Terug, zoeken, zoeken, zoeken en zowaar gevonden, iedereen blij en opgelucht! De voorstelling 'Tien jaar van de straat' was prachtig. Iedereen lag bij tijd en wijle in een deuk, heerlijk. Wat een aanstekelijke humor en energie hebben die gasten. Een bijzondere belevenis was het!

maandag, december 20, 2010

muzikaal weekend II



Kleinkoor Vol-luid uit Putten is zo langzamerhand een vaste gast in de Catharinakapel. Al een aantal jaren treed het daar wel één of twee keer per jaar op. Afgelopen zaterdagochtend 18 december gaf het kleinkoor er een (inloop)kerstconcert. Toen we iets voor aanvang binnenkwamen, was de zaal nog zo goed als leeg. Plaatsen voor het uitkiezen dus, samen met m'n moeder zat ik dan ook pontificaal op de eerste rij. Maar aan het gestommel achter ons merkten we wel dat de zaal gelukkig toch aan het vollopen was. En precies klokslag 11.00 uur zette het kleinkoor Ave Maria in, het feest was begonnen.

Ik volg het kleinkoor al vanaf de oprichting ruim tien jaar geleden, en ik moet zeggen, het wordt naar mijn idee alsmaar beter. Daar zal de bezielende leiding van dirigente Ada van de Zandschulp zeker debet aan zijn. Maar ook de homogeniteit en gedisciplineerdheid van het kleinkoor heeft volgens mij een behoorlijk positieve uitwerking op hun niveau. Welk repertoire ze ook zingen, een concert bijwonen van Vol-luid is altijd weer een genoegen. En dat was ook nu weer het geval, al was het voor de pauze wel leuker dan erna.

muzikaal weekend I



De kaartjes voor het Weihnachts-Oratorium in de 15e eeuwse Sint-Maartenskerk in Zaltbommel afgelopen vrijdagavond, hadden we een poosje geleden al gekocht. En W en A uit Hedel hadden reeds plaatsen gereserveerd in de verhoogde kanunnikenbanken aan de kopzijde van de grote middenbeuk, zodat we mooi zicht hadden op het koor aan de overkant van de middenbeuk. Alles mooi geregeld dus, we hoefden alleen nog maar te zorgen dat we 's avonds optijd in Zaltbommel waren. En dat was afgelopen vrijdag nou net wel een zorg van enig formaat!

Zowel het KNMI als de ANWB verklaarden je zo ongeveer voor idioot als je nog zonder absolute noodzaak de weg zou opgaan. Door resp. een weers- en verkeersalarm af te kondigen, probeerden ze iedereen de moed te ontnemen om de deur nog uit te gaan. Maar gelukkig zijn de eigen onderzoeksmogelijkheden middels internet onuitputtelijk. Al snel was duidelijk dat het verkeersinfarct (500 km file!) zich tot de randstad en de regio Utrecht bleek te beperken. Zowel in rechte lijn vanuit Harderwijk zuidwaarts tot aan Ochten nabij de A15, als vandaar tot aan de A2 nabij Waardenburg en verder naar Zaltbommel zag het er qua verkeer probleemloos uit. En ja, wat het weer betrof bleef het natuurlijk een beetje gokken, al was het wel duidelijk dat de meeste sneeuw was gevallen. De knoop werd snel doorgehakt, en de reis is gelukkig probleemloos verlopen. We waren zelfs iets te vroeg in Zaltbommel, het uurtje extra dat we hadden ingecalculeerd bleek achteraf niet helemaal nodig te zijn geweest. Maar het voordeel was, dat we daardoor wel iets meer tijd hadden voor ons gezamelijke hapje en drankje in 't Stadscafé aan de Markt.



Rond halfacht zaten we allemaal met een dekentje over onze knieën op onze plek in de ijskoude Sint-Maartenskerk. Maar toen het acht uur was gebeurde er niets, ja alleen de voorzitter van de Stichting Maartenskerkmuziek kwam het podium op, om te vertellen dat het feest een half uur later zou beginnen. Alle muzikanten waren er nog niet, vast in het verkeer rond Utrecht, sommigen waren vanuit Amsterdam al vijf uur onderweg! Het half uur werd opgevuld door een Bach-kenner die tekst en uitleg gaf over de eerste regel van Cantate I t.w. Tönet, ihr Pauken! Erschallet, Trompeten! waar musici nogal verschillende opvattingen over hebben. Maar klokslag halfnegen was dit wel de regel waar het koor mee inzette. Nog steeds waren niet alle musici gearriveerd, maar daar viel volgens de dirigent met toepassing van enig kunst en vliegwerk mee te leven. Hoe het begeleidingsorkest het voor elkaar heeft gekregen weet ik niet, in ieder geval knap, want we hebben niets gemerkt van een incompleet Concerto d'Amsterdam. Pas na de pauze was het hele orkest compleet.



Door de forse nagalm in de kerk, is de geluidskwaliteit van bovenstaand filmpje van het slot van de zesde en laatste Cantate, dat ik met m'n telefoontje heb opgenomen, slecht. Maar gelukkig viel de geluidskwaliteit in werkelijkheid erg mee.
Het Weihnachts-Oratorium van Johann Sebastiaan Bach, vóór en dóór de Bommelerwaard o.l.v. dirigent Arie Hoek. Met medewerking van Cappella Sint-Maarten; Concerto d'Amsterdam; Jongenskoor Rivierenland en Rijnmond en de solisten Elsbeth Gerritsen (alt-mezzo) Mariët Kaasschieter (sopraan) Jelle Draijer (bas-bariton) en Arco Mandemaker (tenor)
Zaltbommel 17 december 2010, het was een mooi maar ijskoud avondje daar in de Sint-Maartenskerk. En met de stoelverwarming in de auto op de hoogste stand, zijn we via dezelfde route als op de heenweg, wederom probleemloos naar huis terug gereden.

zondag, december 12, 2010

Kerstconcert



Het kerstconcert van het Harderwijks Mannenkoor 'De Veluwse Zangers' gisteravond in de Grote Kerk van Harderwijk was ontroerend mooi. En ik had ook niet gedacht dat het me als notoire heiden emotioneel zo zou raken, ik werd er stil van. Terwijl ik de toegangsbewijzen toch al met een zekere scepsis had gekocht. We zaten er namelijk op aanraden van een koorlid die ik ken van het Havenkoor waar we samen op zitten, en dat is wel heel wat anders. Dirigent Jaap de Ruijter, zelf gezegend met een stem als een kerkklok, wat wel bleek toen hij aan het eind van het concert behalve dirigeerde, als zanger ook soleerde in het prachtige 'Cantique de Noël', heeft het koor voor mijn gevoel op topniveau weten te brengen. Jammer genoeg heb ik gisteravond geen opname kunnen maken van de 'Veluwse Zangers'. Maar in onderstaand filmpje, dat ik op youtube vond, wordt een uitvoering van 'La Rossignol' (De Nachtegaal) gezongen uit 1910 van Igor Stravinski (1882-1971), dat m.i. een aardig beeld geeft van het niveau van de 'Veluwse Zangers'.



Vandaag zijn we ook nog naar 'De Veluwse Zangers' wezen luisteren op de Vischmarkt. Christmas Carol Harderwijk, heel wat anders, ook een totaal andere ambiance natuurlijk. Aardig hoor, maar het haalde het niet bij het concert gisteravond in de Grote Kerk. Luister maar even naar onderstaande opname die ik daar heb gemaakt. Het was trouwens koud ook, we zaten binnen een uur weer thuis, lekker bij de kachel.



Onderstaand liedje over kerstmistijd is weer heel wat anders, en ach ja, ook dat gebeurd.

vrijdag, december 10, 2010

contrasten



Een aantal weken terug hebben ze brand gehad in het 'Novotel' in Surabaya. De brand, oorzaak nog onbekend, is in de zuidelijke vleugel van het vier sterren hotel ontstaan, en heeft daar aanzienlijke schade aangericht.
Het berichtje viel mij op omdat we in 1997 juist in de zuidelijke vleugel van dit prachtige hotel hebben gelogeerd. Een tijdje geleden alweer datwel, maar de luxe van deze plek staat me nog helder voor ogen.

Het hotel, dat ik zodra ik binnen was met een oase vergeleek, ligt ingeklemd tussen de in mijn ogen niet al te schone rivier de Kalimas aan de westzijde en de door een sloppenbuurt omzoomde spoorlijn richting Malang aan de oostzijde. Vanuit het open trappenhuis van de hoge oostelijke bebouwing van het hotel, keek je zo neer op de krotjes en de mensen met hun bezigheden op en langs het spoor. En als we per auto met chauffeur langs de Kalimas richting stadscentrum reden, zag je mensen tot aan hun middel in de rivier en de blubber staan om te wassen en te vissen of weet ik wat te doen.

En aangekomen in de drukke Kalimas Harbor met z'n sierlijke houten zeilschepen langs de kade, Buginese of Phinisi (vracht)schoeners genaamd, zag je de mannen ploeteren met kolossale vrachten op hun schouders. Over eng smalle loopplankjes werden de schepen geladen en gelost bij een temperatuur van om en nabij 33º C. Ik had amper de moed om een foto te maken van de schilderachtige koloniale haventaferelen.

Dan de vele betjaks (fietstaxi's) die we zagen in de oude koloniale miljoenenstad. Sommigen lukte het om een toerist in hun bakje te krijgen, maar sommigen kennelijk ook niet. Ik zag tenminste op de hoek van de straat aardig wat van die pezige gasten in hun eigen betjak een tukkie doen, volgens mij van pure armoede wegens gebrek aan klandizie.

Maar terug in de oase konden we ons zweet gelukkig weer wegwassen. Een duik nemen in het prachtige zwembad, en onder de palmen in riante ligstoelen een heerlijk gekoeld drankje nemen. Heftige contrasten, je moet er wel tegen kunnen, of zou het wennen?

Apropos, ik las dat de Bromo weer actief is. Dat is elk jaar wel een keer het geval, maar nu is het heviger. Mensen mogen zich niet meer binnen een straal van drie kilometer van deze 2329 meter hoge vulkaan ophouden. Een voorzorgsmaatregel, de 275 km westelijker gelegen Merapi heeft onlangs al voor meer dan genoeg ellende gezorgd.

woensdag, december 08, 2010

publicaties!?



Hij wordt wel de 'Tijl Uilenspiegel' van het digitale tijdperk genoemd las ik. De gisteren in Londen gearresteerde 39 jarige Australiër Julian Assange, oprichter en hoofdredacteur van WikiLeaks, de site voor klokkeluiders uit overheidsinstellingen en bedrijven waar ook ter wereld, die sinds december 2006 actief is. Een site dus waar iedereen anoniem documenten op kan plaatsen, teneinde misstanden aan de kaak te stellen.
Maar ex-inlichtingenanalist Bradley E. Manning van het Amerikaanse leger, die de video Collateral Murder en 260.000 diplomatieke telegrammen lekte naar WikiLeaks, werd eind mei j.l. wel gearresteerd door agenten van de US Army Criminal Investigation Command. Dus hoezo anoniem documenten plaatsen?

Maar goed, de Amerikaanse buitenlandse politiek schijnt door de publicatie van genoemde lekken op internet behoorlijk in verlegenheid te zijn gebracht. En niet alleen Amerikanen, ook andere hoofdrolspelers op het wereldtoneel moeten zich verantwoorden voor de (wan)daden die hun in de vele diplomatieke documenten worden toegeschreven. De Iraanse president Mahmoud Ahmedinejad ziet de onthullingen al als een vorm van psychologische oorlogsvoering.

Ik weet niet goed wat ik van alle reuring moet denken. Niet meer de door de diplomaten zo gewilde stille diplomatie en werken achter de schermen. Nee, alles zou nu op straat liggen! Ik vraag me af of dat zo is, en zo ja, wat en in hoeverre dat dan ook nieuws is. Ik las namelijk dat er maar liefst drie miljoen ambtenaren en militairen waren, die toestemming hadden om archieven c.q. geheime documenten in te zien. Drie miljoen mensen die op hun beurt natuurlijk ook allemaal weer met andere mensen omgaan! Nogal vreemd dat het dan zo lang geduurd heeft voordat het bij WikiLeaks terechtkwam, de site die immers bestaat uit duizenden journalisten over heel de wereld!

Volgens tegenstanders van de WikiLeaks onthullingen op internet, brengt het mensen in gevaar. Daarentegen denken de voorstanders van openbaarheid, dat transparantie positief uitpakt. Als alles op straat komt te liggen, kun je maar beter uitkijken en je gedragen. Maar er zijn en zullen zich altijd situaties voordoen waarin het doel de middelen zal heiligen, je moet af en toe wat achter de hand hebben. Openbaarheid en transparantie prima, maar de kracht van stille diplomatie kan en mag ik hopen de 'geest uit de fles' enigszins intomen.

maandag, december 06, 2010

American Artists



We moesten elkaar vasthouden om niet onderuit tegaan in de blubberige gladheid voor het Singer Museum afgelopen zondag, maar we zijn gelukkig zonder kleerscheuren binnengekomen! Het in 1956 geopende museum heeft haar ontstaan te danken aan het Amerikaanse echtpaar William Singer (1868-1943) en Anna Spencer Brugh (1878-1962). In 1901 vestigden ze zich in de Larense kunstenaarskolonie, waar ze in 1911 villa 'De Wilde Zwanen' lieten bouwen, onderdeel van het huidige Singer Laren. Behalve dat rijkeluis zoon William zelf ook schilderde, waren beiden hartstochtelijke kunstverzamelaars. De kern van de Singer-collectie is dan ook de verzameling die het echtpaar bijeen heeft gebracht, en momenteel in het museum in de tentoonstelling 'Singer Memorial Collection' te zien is. Sinds 1956 is de kerncollectie van Singer Laren behoorlijk uitgebreid door aankopen, schenkingen en bruiklenen. Singer Laren richt zich daarbij in hoofdzaak op kunstwerken uit het modernisme, zoals neo-impressionisme of pointillisme, expressionisme, kubisme en geometrische abstractie. Belangrijke kunstenaars die tot deze stromingen behoren, hebben in Laren en omgeving gewerkt.
De Singertjes waren echter niet de enige Amerikanen die rond de vorige eeuwwisseling naar het Gooi kwamen om te leven en te werken. Er waren er veel meer, en dat hebben we zondag in Singer Laren kunnen zien in de tentoonstelling 'Dutch Utopia'.

Maar eerst even iets over een bronzen beeldje dat ze daar de 'Larense Denker' noemen.


'De Denker' een ruim 70 cm hoog bronzen afgietsel van het wereldberoemde beeld uit 1880 van de Franse kunstenaar Auguste Rodin (1840-1917) is weer terug in het Singer Museum in Laren. Vanaf eind januari tot eind mei a.s. las ik, zal de terugkeer van de 'Larense Denker', die in januari 2007 uit de tuin van het Singer Museum werd gestolen, in een uitzonderlijke tentoonstelling worden gepresenteerd. Ruim drie jaar is er over heen gegaan, om het destijds door de bronsdieven zwaar toegetakelde beeld te restaureren, dat alles bij elkaar zo'n €. 150.000,- heeft gekost. Omgesmolten had het 70 kilo wegende beeld, dat een verzekerde waarde van een miljoen euro had, de bronsdieven hooguit €. 350,- opgeleverd. De nog in 2008 tot vier en 4,5 jaar cel veroordeelde cultuurbarbaren, werden in hoger beroep j.l. september tot twee en bijna drie jaar cel veroordeeld, het zijn volgens mij dus al weer vrije jongens!

Het zij zo, maar gauw terug naar 'Dutch Utopia' waar ik meer plezier aan beleefde.
Veel Amerikaanse kunstenaars trokken aan het eind van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw naar Nederland. Ze waren nieuwsgierig geworden door de werken van zeventiende-eeuwse Hollandse Meesters als Rembrandt, Hals, Vermeer en Ruisdael, die ze zagen hangen bij rijke Amerikaanse verzamelaars en kunstliefhebbers. En de idylle van het in hun ogen zo romantische en gemoedelijke plattelandsleven hier, werd gevoed door schilders als o.a. Anton Mauve, G.H. Breitner, Willem Maris, Isaac Israëls en Hendrik Willem Mesdag van de Haagse School. Amerika industrialiseerde in die tijd snel, en vele kunstenaars waaronder grote namen als William Merritt Chase, John Singer Sargent, George Hitchcock en Gari Melchers, keken met heimwee naar de manier waarop Nederlanders in hun ogen nog leefden. Ze vestigden zich destijds o.a. in kunstenaarskolonies als Laren, Katwijk, Volendam en Dordrecht.

Een prachtige tentoonstelling was het, de meeste schilderijen waren in bruikleen gegeven door o.a. het Amerikaanse Telfair Museum of Art, Savannah (GA) en had ik nog nooit gezien.

dinsdag, november 30, 2010

vocal piano sextet



Onlangs hoorde ik Elvis Presley op de radio 'Wooden Heart' zingen, een prachtige opname met een kinderkoortje uit 1960.
De originele tekst 'Muss i denn zum Städtele hinaus' van Heinrich Wagner uit 1927 werd veel door de Duitse Kriegsmarine gespeeld tijdens militaire plechtigheden.
Zelf moest ik bij het horen van 'Muss i denn' aan een opname uit 1932 denken van de 'Comedian Harmonists', waarvan ik nog een LP in de kast heb staan. De bijna 30 jaar oude LP heb ik gelijk opgezocht en weer eens gedraaid, het is en blijft prachtig! Ik weet het nog precies, de LP heb ik begin jaren 80 direct na het weekend gekocht n.a.v. een indrukwekkend TV programma van de VPRO op zondagavond over de Comedian Harmonists. Daarvóór had ik tot mijn schande en verdriet nog nooit van de Comedian Harmonists gehoord.

De 'Comedian Harmonists' waren een beetje 'The Beatles' van hun tijd, vernieuwend en doorbrekend. De groep, eind 1927 opgericht door Harry Frommermann, bestond uit vijf zangers en een pianist. Ze waren tijdens hun bestaan (1928-1935) een sensatie en werden beroemd door de grote verscheidenheid aan vocale stijlen en het gevoel voor humor waarmee ze close harmony ten gehore brachten. Het repertoire bestond uit bewerkingen van klassieke muziek, volksliedjes en toenmalige hits. Maar drie zangers van de groep waren joods waardoor de groep in het Nazi Duitsland van de jaren 30 problemen kreeg. En toen de drie joodse leden moesten uitwijken naar het buitenland raakte de groep in de versukkeling. Uiteindelijk is de groep in 1941 in de Verenigde Staten ontbonden.




Kan je niet zien
Dat ik van je hou?
Alstublieft breek mijn hart niet in tweeën.
Dat is niet moeilijk om te doen,
Omdat ik geen houten hart heb.
En als je vaarwel zegt
Dan weet ik dat ik zou huilen.
Misschien zou ik sterven.
Omdat ik geen houten hart heb.
Er zijn geen verwikkelingen aan mijn liefde
Het was altijd jou sinds het begin.
Behandel me aardig.
Behandel me goed.
Behandel me zoals je echt zou moeten,
Want ik ben niet van hout gemaakt,
En ik heb geen houten hart.

Als ik moet, als ik moet
Moet ik dan de stad uit
De stad uit
En jij, mijn schat, blijf jij hier?

Er zijn geen verwikkelingen aan mijn liefde
Het was altijd jou sinds het begin.
Behandel me aardig.
Behandel me goed.
Behandel me zoals je echt zou moeten,
Want ik ben niet van hout gemaakt,
En ik heb geen houten hart.


Toen ik zo bezig was met het oprakelen van die oude geschiedenis van de Comedian Harmonists, bedacht ik me ineens dat er natuurlijk ook nu van die groepen zijn. Sextetten als bijvoorbeeld 'Ensemble Six' en 'Men's Voices' zijn beiden geïnspireerd door de Comedian Harmonists, maar ook door min of meer soortgelijke groepen uit de vijftiger jaren. Want arrangementen van The Mills Brothers, The Platters, The Hilo's en The Inkspots behoren ook tot het repertoire. Van het één komt het ander, een beetje rond googlen bracht me al gauw op het spoor van een optreden van 'Men's Voices' op vrijdag 11 februari 2011 in theater 'De Poorterij' in Zaltbommel. 'Tribute to the Golden Fifties' heet het programma. Ik heb gelijk kaartjes besteld, want dat wil ik meemaken!



Muss i denn, muss i denn
zum Städtele hinaus, Städtele hinaus,
Und du, mein Schatz, bleibst hier?
Wenn i komm’, wenn i komm’,
wenn i wiedrum komm’,
Kehr’ i ein, mein Schatz, bei dir.
Kann i glei net allweil bei dir sein,
Han i doch mein Freud’ an dir!
Wenn i komm’, wenn i komm’,
wenn i wiedrum komm’,
Kehr’ i ein, mein Schatz, bei dir.

Wie du weinst, wie du weinst,
Dass i wandere muss, wandere muss,
Wie wenn d’ Lieb’ jetzt wär’ vorbei!
Sind au drauss, sind au drauss
Der Mädele viel, Mädele viel,
Lieber Schatz, i bleib dir treu.
Denk du net, wenn i ’ne Andre seh’,
No sei mein’ Lieb’ vorbei;
Sind au drauss, sind au drauss
Der Mädele viel, Mädele viel,
Lieber Schatz, i bleib dir treu.

Über’s Jahr, über’s Jahr,
Wenn me Träubele schneid’t, Träubele schneid’t,
Stell’ i hier mi wiedrum ein;
Bin i dann, bin i dann
Dein Schätzele noch, Schätzele noch,
So soll die Hochzeit sein.
Über’s Jahr, do ist mein’ Zeit vorbei,
Da g’hör’ i mein und dein;
Bin i dann, bin i dann
Dein Schätzele noch, Schätzele noch,
So soll die Hochzeit sein.

zondag, november 28, 2010

verrassend, De Dialoog



Gisteren hoorde ik in 'De Strepen van Spits', het radioprogramma op zaterdagmiddag van Frits Spits, dat zanger en tekstschrijver Alex Roeka 's avonds om kwart over acht in Ermelo zou optreden met z'n band in theater 'De Dialoog'. Jesus, hoe kan dat nou, waarom wist ik dat niet, heeft het soms in de krant gestaan en heb ik niet goed opgelet? Een concert van Alex Roeka (1955) staat al een poosje op m'n lijstje, en nou is er een concert bij wijze van spreken vlak om de hoek, en weet ik dat niet! Stom, maar goed, hoe kom ik nou op zaterdagmiddag halfvier nog aan kaartjes, als ze tenminste al niet zijn uitverkocht? Bellen lukte niet, niemand aanwezig natuurlijk op dit uur. Maar op de site van De Dialoog las ik, dat de kassa een uur voor aanvang open zou gaan en daar mogelijk, indien voorradig, ook nog kaartjes konden worden gekocht.

Klokslag zeven uur stonden we al voor de kassa, maar het duurde nog een kwartiertje voor die open ging. Kaartjes zat, het theater was nog lang niet uitverkocht! Hoe is het mogelijk bij dergelijke topmuziek! Een landelijke trend aldus de kassière, volgens haar was het echt al crisis in theaterland! Of dat zo is kan ik nog niet beoordelen, ja in Ermelo misschien maar verder is het me nog niet zo opgevallen. Maar hoe dan ook, wij hadden kaartjes! We hebben daar nog even C en J gebeld, of ze misschien ook zin hadden in het concert, maar ze waren jammergenoeg niet thuis.



De première van 'Zachtaardig vergooid', het nieuwe theaterprogramma van ex-zeeman en psycholoog Alex Roeka, was j.l. 11 oktober in De Kleine Komedie in Amsterdam. Het is een verhaal van vriendschap, liefde en onrust, voortgestuwd door een aanstekelijke levenslust. Hij brengt zijn liedjes op een totaal onvergelijkbare wijze en ongekend beeldend, een groot poëet soms rauw, soms ingetogen en dan weer uitgelaten. Maar de begeleidende band, bestaande uit de musici Jacco Benckhuijsen (piano, orgel) Peter van Os (accordeon, trombone) Mischa Kool (contrabas) en Rowin Tettero (drums) was ook ontroerend goed. Het was een bijzonder verrassend en inspirerend avondje muziek daar in De Dialoog, mooi dat we het op de valreep nog hebben kunnen meemaken. En uiteraard hebben we daar in de foyer na afloop wel de door Alex Roeka persoonlijk gesigneerde CD 'Zachtaardig vergooid' van hem gekocht.

donderdag, november 25, 2010

schaatsen



Het gaat weer vriezen, dus wordt het weer tijd dat de Friese rayonhoofden de koppen bij elkaar gaan steken. En in De Wereld Draait Door eergisteren, hadden ze zowaar de smaakmakers van weleer, Henk Angenent (1967) en Erik Hulzebosch (1970) al opgetrommeld, resp. de nummers één en twee van de laatst verreden elfstedentocht op 4 januari 1997. Inmiddels wel veertien jaar ouder en ook geen wedstrijdrijders meer. Echter als toerrijders zouden ze wellicht nog heel goed mee kunnen komen in de eerst volgende elfstedentocht, vermits deze natuurlijk niet al te lang opzich zal laten wachten. Maar zoals het er nu naar uitziet, zullen ze ook als toerrijders niet van de partij zijn, want daarvoor zijn ze tot hun verbazing voor deelneming uitgeloot!



Ik moet altijd wel een beetje lachen om die euforische opwinding in schaatsland, zodra de vorst weer in ons land komt. Maar ik lach dan ook om mezelf, want hoewel de laatste jaren wat minder, krijg ik al sinds mijn kinderjaren de schaatskriebels zodra koning winter zich aandient. Als kleuter al ging ik met m'n moeder mee naar de ijsbaan, op kleine houtjes heb ik van haar mijn eerste slagen op het ijs geleerd!
Zodra er ook maar een dun laagje ijs op de sloten en plassen lag werd de draagkracht al getest, wat me overigens menig keer een natte broek heeft opgeleverd. Met mijn vriendjes later maakte ik stevige tochten over de bevroren sloten en weteringen, waarbij we af en toe hele weilanden klunend overstaken. En weer wat ouder maakte ik lange schaatstochten over de plassen bij Loosdrecht, Giethoorn, de Weerribben en de Randmeren. Een aantal keren schaatste ik van Elburg naar Nijkerk, maar de langste tocht die ik ooit heb geschaatst is 125 km. Van de 'tocht der tochten', de 200 km lange Elfstedentocht is het bij mij er nooit van gekomen. Maar de zware tocht van 18 januari 1963 heb ik destijds wel mooi op de TV gevolgd.

Met mijn kinderen ging ik vroeger vaak naar het ondiepe deel bij strand Nulde. De geschiedenis herhaalde zich, het ijs kon ons soms nog nauwelijks dragen, het kraakte en boog voor ons voeten uit soms vervaarlijk door. Maar al kwamen we dan af en toe met een nat pak thuis, we hadden wel even lekker geschaatst. En als de winter dan wat meer had doorgezet, schaatsten we samen ook weleens tochtjes op de plassen bij Loosdrecht, of naar Harderwijk, dronken daar wat warms en schaatsten weer terug naar Nulde.



Mijn schaatsen liggen nu op zolder. Eén schaats is krom, een keer in een scheur gezeten, er valt niet meer mee te schaatsen. Er moet dus een nieuw stel schaatsen komen, maar daar begin ik geloof ik maar niet aan. Op klapschaatsen rijden moet je weer helemaal leren, en daar heb ik geen zin in. En bovendien hoort zo te zien tegenwoordig bij dat soort snelle schaatsen ook een snel pak, en daar heb ik nog minder zin in!

maandag, november 22, 2010

Grosz & Krabbé



De tentoonstelling 'Schwarzer champagner und blutiger ernst' van George Grosz (1893-1959) en 'De ondergang van Abraham Reiss' van Jeroen Krabbé (1944) hebben de ellende die een oorlog met zich meebrengt met elkaar gemeen. De ene kunstenaar is geïnspireerd door de Eerste Wereldoorlog en de periode die ze het interbellum noemen (de periode tussen beide wereldoorlogen in), de andere kunstenaar door het in zijn nabije familiekring veroorzaakte leed tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Samen met twee schoonzussen en een zwager hebben we afgelopen zondag in Zwolle beide exposities eens goed bekeken in museum 'De Fundatie'. Indrukwekkend allemaal, de kritische kijk van Grosz op de Duitse samenleving in zijn tijd, overwegend weergegeven in grafisch werk. En de negen monumentale schilderijen over leven en dood van Krabbé's grootvader Abraham Reiss (Amsterdam 1873-Sobibor 1943).

Toen we het allemaal gezien hadden, zijn we de Zwolse binnenstad maar eens gaan verkennen. Het was prachtig weer, dus waarom ook niet? En al ken ik de stad op m'n duimpje, toch kom ik daar regelmatig verrassingen tegen. Maar voor de anderen die de Zwolse binnenstad niet of nauwelijks kenden, was de verrassing des te groter, zoveel schoonheid hadden ze niet verwacht!
Nadat we in brasserie 'De Harmonie' aan de Grote Markt koffie hadden gedronken, wilden we in 't Pannenkoekschip in de Thorbeckegracht een hapje gaan eten. Maar helaas, gesloten! Dan maar terug richting Melkmarkt, naar eetcafé 'De Vier Jaargetijden' maar daar was het volle bak. Even doorgelopen om het Maagjesbolwerk te bekijken, een project uit 2003 van m'n oude werkgever, de Amsterdamse architect Hans Ruijssenaars. Maar al doende begonnen onze maagjes natuurlijk wel steeds harder te knorren, gelukkig was de redding nabij. In eetcafé 'De Kleine' in de Luttekestraat konden we eindelijk neerstrijken voor een hapje en een drankje. Grappig als jongen van een jaar of zeventien, achttien gingen ik daar vaak biljarten met m'n vrienden. Het was toen hét biljartcafé van Zwolle, maar dat is voorbij, er was geen biljart meer te bekennen.

Na de maaltijd hebben we de auto op de Potgietersingel maar weer eens opgezocht. Het was mooi geweest in Zwolle, terug naar Harderwijk!

zondag, november 21, 2010

filmpje pikken II



Zelf had ik de film niet uitgekozen, maar dat hoeft ook niet altijd, het omgekeerde komt ook vaak zat voor. Maar nu ik hem gezien heb begrijp ik een beetje waarom 'Majesteit' onlangs op het 32ste Noordelijk Film Festival, de Leeuwarder Courant Publieksprijs heeft gewonnen. Enigszins tegen wil en dank vond ik het nog een aangrijpende film ook, geweldig zo als er werd geacteerd!

De door Peter de Baan (1964) geregisseerde film hebben we onlangs in de Schuttezaal van filmtheater Fraterhuis in Zwolle gezien. In deze film, die sinds eind oktober in de bioscoop te zien is, speelt Carine Crutzen (1961) koningin Beatrix en Jeroen Willems (1962) prins Claus. Andere grote rollen worden gespeeld door Gijs Naber (1980), Hadewych Minus (1977) en Marcel Hensema (1970) als resp. prins Willem-Alexander, prinses Máxima en premier Balkenende.

In 'Majesteit' geeft Carine Crutzen koningin Beatrix een menselijk gezicht. Ze laat zien hoe de vorstin een jaar na de dood van prins Claus in grote vertwijfeling worstelt met haar zware ambt. De film deed me denken aan 'The Queen' de film over de Britse koningin en de crisis na de dood van prinses Diana (zie m'n stukje The Queen van 24 januari 2007)

Maar hoe goed Carine Crutzen in het docudrama 'Majesteit' koningin Beatrix acteert, het blijft natuurlijk allemaal speculatie. Het verhaaltje heeft weinig of niets met de werkelijkheid te maken, of misschien toch wel? En dat is nou juist wat ik op de film tegen heb, je weet het niet! En met alleen mooi, en af en toe sentimenteel acteren geef je een film ook geen inhoud. Het moet wel ergens over gaan, maar het verhaaltje vond ik nog erg matig ook.

vrijdag, november 19, 2010

locatietheater



Een paar weken terug waren we sinds lange tijd weer eens in het Stedelijk Museum in Amsterdam. (Zie m'n stukje 'rondom een lunchconcert' van 2 november j.l.) De grote monumentale trap in het oude gedeelte roept bij mij altijd herinneringen op aan BEWTH, het bewegingstheater dat zich in 2005 heeft opgeheven, na 40 jaar te hebben bestaan. De mensen van BEWTH speelden altijd op locatie, architectuur en de menselijke beweging daarin was hun ding. Ze brachten de menselijke reacties op de ruimtelijke vormgeving in beeld. Als zodanig heb ik de groep begin jaren zeventig ook een keer zien stunten op en nabij de grote trap in het Stedelijk. Omdat het voormij ook een studieprojectje was, heb ik er destijds foto's van gemaakt, die ik kennelijk ben kwijtgeraakt. Maar wat ik tot m'n verrassing nog wel in de oude doos aantrof was mijn collegekaart uit die tijd. En ineens stond mij ook de metamorfose weer voor ogen die wij, architectuurstudenten, de hoge benedenzaal in de Academie van Bouwkunst hadden doen ondergaan.

Binnen het kader van de opleiding kreeg ons studiegroepje (zeven studenten) het verzoek om fysiek iets met de ruimte van de hoge zaal te doen en het te motiveren. Geïnspireerd door o.a. BEWTH gingen we voortvarend aan de slag. Vanuit alle hoeken en gaten in het gebouw, werd los meubilair en weet ik allemaal niet wat aangesleept. In no time was de hoge benedenzaal veranderd in een soort van pakhuis, waarin het meubilair her en der tot aan het plafond stond opgestapeld. Halsbrekende toeren moesten er worden uitgehaald om het allemaal zover te krijgen. Vervolgens werd de ruimte vanuit alle hoeken en niveau's bekeken en beredeneerd. Ik zie me daar nog zo mijn ruimtelijke beleving verwoorden, zittend bovenop gestapeld meubilair met m'n hoofd praktisch tegen het plafond. Enfin we hebben het allemaal overleefd, en het is, zoals blijkt nog blijven hangen ook in m'n bovenkamer. Dat je op vele manieren op een ruimte kan reageren, wisten we natuurlijk wel, dat hadden we o.a. bij BEWTH wel gezien. Maar dat het vervolgens ook nog mogelijk is, er een hele tijd behoorlijk slap over te ouwehoeren, hebben we toen in de hoge benedenzaal een beetje geleerd!

Eind jaren negentig hebben we in de destijds in aanbouw zijnde Passenger Terminal aan het IJ, de voorstelling 'Atom Tattoo' gezien van de Dogtroep. Het gezelschap dat zijn bestaansrecht in de periode van 1975 tot 2008 ook al zo succesvol ontleende aan locatietheater. Ook voor hun was de reactie op de architectuur van de speelplekken en het daar aanwezige publiek het belangrijkste uitgangspunt van de voorstelling. Maar ook nog bestaande gezelschappen als het in 1985 opgerichte Hollandia en het Vis-à-Vis, dat onlangs nog het 20 jarig jubileum vierde, worden beschouwd als fakkeldragers voor deze theatervorm. En theaterfestivals als 'De Boulevard' in 's-Hertogenbosch en het 'Oerol' op Terschelling, schijnen wat deze vorm betreft nog altijd belangrijke internationale ijkpunten te zijn.

dinsdag, november 16, 2010

familiedag



De 6e familiedag werd afgelopen zaterdag in Boerderijmuseum 'De Bovenstreek' in Oldebroek gehouden. Voormij was het echter de 3e keer dat ik van de partij was, de eerste 3 keren heb ik bewust laten afweten. Familiereünie, wat moet ik ermee dacht ik toen, niks voormij! Maar bij de 4e keer hebben ze me weten over te halen, en was ik van de partij. Aan de enerverende middag toen in gasterij 'De Blauwe Hand' nabij Giethoorn heb ik eigenlijk alleen maar goede herinneringen over gehouden. De 5e keer, in april 2007 in partyboerderij 't Hoge in Nunspeet (zie m'n stukje reünie van 22 april 2007) was ik daarom weer van de partij. En zoals gezegd, ook afgelopen zaterdag was ik er weer bij.

Het leuke is, dat je er al keuvelend zo links en rechts met ooms en tantes, neven en nichten, (waarvan de overgeblevene allemaal 53 jaar ouder zijn dan op onderstaande prent uit 1957 ter ere van 4,5 decennia samenzijn van O en O) achter komt dat je ambivalente gevoelens t.o.v. de familiereünie door de meesten wel wordt begrepen en zelfs gedeeld. De zinsvraag kan volgens mij niemand beantwoorden, maar die kan van zoveel dingen niet worden beantwoordt. Maar dat het weer leuk en bijzonder was om elkaar na zoveel jaar weer eens te zien en te spreken, werd praktisch door iedereen wel onderstreept. Mensen, rare wezens!


Dat ik inmiddels een wat genuanceerdere kijk op de familiereünie heb gekregen, zal denk ik nu wel duidelijk zijn. Gekker nog, deze keer heb ik me zelfs laten strikken om samen met m'n neef E.J. uit Muiden de volgende reünie te organiseren!

zondag, november 14, 2010

muziektheater



Gisteravond, samen met C en J door wie we waren uitgenodigd, naar The Beatles - Here, There and Everywhere geweest in theater Harderwijk. Kees Prins (1956) en Ruut Weissman (1955) las ik, hebben in deze muzikale theatershow resp. voor de teksten en de regie getekend. En dat hebben ze volgens mij goed gedaan, de vitaliteit en de dynamiek die van de eigentijdse interpretaties en arrangementen afspatte, was heel herkenbaar. Ze deden o.a. aan de originele songs van Revolver denken, het in 1966 uitgegeven album van The Beatles.

De voorstelling 'Here, There and Everyfhere' is een verhaal dat niet alleen gaat over de invloed van de muziek van The Beatles op hun generatiegenoten, maar ook op hun kinderen. In de show brengt de oude vijftigplus-rocker Frank (Han Römer, 1948) zijn Beatlesliefde met succes over aan de vijftienjarige Julia (Carolien Spoor, 1987). Frank vertelt, terwijl de muziek op de achtergrond klinkt, hoe hij in de jaren zeventig met drie vrienden in een Beatles-coverbandje speelde. En hij vertelt over zijn hedendaags contact met Julia, het meisje dat bij hem is komen aanlopen. Beiden zoeken ze genegenheid, hij met een blik naar wat was, zij met een blik naar de toekomst.

Ook de andere acteurs t.w. Niels Geusebroek, Peter van Rooijen, Nina June, Jim Deddes en Eva Laurenssen hebben een energie en overrompelingskracht waar je u tegen zegt. Onder begeleiding van de band bestaande uit Bas Odijk, David Middelhoff, Will Sophie en Vernon Chatlein, zingen en spelen ze de personages waar Frank over vertelt op een fascinerende en uitdagende manier. De hele theatershow komt eigenlijk over als een gepassioneerde liefdesverklaring aan The Beatles.

Ik heb me tijdens de hele voorstelling, die een uur en veertig minuten duurde, prima vermaakt. En na afloop kregen we in de foyer ook nog een gratis drankje toe. Bij ons thuis hebben we daarna nog een poosje zitten napraten.

donderdag, november 11, 2010

Herenleed



De Vogelweg (N706) nabij Almere is een eindeloze deining. Altijd een beetje het gevoel of ik op zee zit. Hoe harder je rijd, hoe hoger de golfslag bij wijze van spreken. Het hallucinogene effect werd gisteren in de namiddag nog versterkt door de lage zon recht in m'n gezicht en de fraaie donkere wolkenluchten, die elkaar regelmatig afwisselden. Prachtig maar gevaarlijk op die golvende roetsbaan, toch kon ik niet laten er al rijdend een paar foto's van te maken.

Samen met de heren V.B en A.B, die ik onderweg resp. in Almere Buiten en Weesp had opgepikt, kwamen we rond halfzeven aan in café Hegeraad, onze stamkroeg aan de Noordermarkt in Amsterdam, waar heer A.H ons reeds achter een glas bier zat op te wachten. Maar ja, die woont dan ook om de hoek op loopafstand. Even later werd ons illustere gezelschap gecompleteerd met de komst van de weledele heer E.M. die hier ook al om de hoek woont. Vijf mannetjes in een rustig cafeetje om een tafeltje met een klassiek Perzisch tafelkleedje, een biertje, stukje kaas en plakje osseworst met mostert, ouwehoerend over van alles en nog wat. Herenleed noemen we dat!



Op enig moment gaan we het dan ook over het eten hebben. Dat we gingen eten stond al vast, maar wat en waar nog niet. Daar komen we uiteraard altijd uit, keus in overvloed in de Jordaan, de één na de andere tent passeert dan de revue. Deze keer werd het Luna, een Argentijns specialiteiten restaurant aan de Lindengracht. Een tent op vijf minuten lopen waar we nog niet eerder hadden gegeten, maar wel goede berichten over hadden gehoord.

Restaurant Luna, altijd druk volgens de bediening maar deze keer niet, we zaten nog net niet alleen, maar veel scheelde het niet. Het was er echter niet minder gezellig om, en de wijn, een Flichman Malbec uit het Argentijnse wijngebied Mendoza was goed. En ook de calamares saltados, de gambas, de costillas de cordero, de T-bone, de provolone en de koffie was prima. En de kiem voor een architectuurexcursie volgend voorjaar naar Hamburg hebben we ook gelegd. Zo rond een uur of half twaalf namen we afscheid van elkaar, tot de volgende keer, het was weer een mooi herenleedje!

woensdag, november 10, 2010

filmpje pikken



Als we geen zin in koken hebben, eten we nog weleens bij 'Monopole'. De akoestiek in de eetzaal is belabberd, maar dat is dan ook het enige minpuntje wat ons betreft. Geen 'haute cuisine' maar het eten is prima, je wordt snel en vriendelijk geholpen en het is betaalbaar. En zo was dat ook gisteravond weer het geval!

Uitgegeten en opweg naar de auto, liepen we even langs bioscoop 'Atlantic', mogelijk draaide er iets aardigs, we hadden ineens wel zin in een filmpje pikken. 'Due Date', een roadmovie die sinds begin november in de Nederlandse bioscopen draait, begon om acht uur zagen we. Het was volgens ons het beste wat ze daar op dit moment te bieden hadden. Even nog was er enige twijfel of we die film nou echt wel wilden zien, maar dat was van korte duur.

De film 'Due Date' van de Amerikaanse scenarioschrijver en regisseur Todd Phillips was een regelrechte komedie. De twee hoofdrolspelers Peter (Robert Downey) en Ethan (Zach Galifianakis) resp. een architect en een acteur, stapten in Atlanta in het vliegtuig naar Los Angeles. De eerste om zijn hoogzwangere vrouw bij te staan, en de tweede hoopte een carrière in Hollywood te vinden. Door toedoen van de laatste, een ongeleid projectiel zoals al snel bleek, werden ze beiden nog voor vertrek uit het vliegtuig gezet. Maar dat niet alleen, ze kwamen ook nog op de no-fly lijst te staan. Omdat Peter tot overmaat van ramp ook nog zijn portefeuille kwijt was geraakt, zag hij zich vervolgens gedwongen om samen met die malle Ethan en zijn hond helemaal van Atlanta naar Los Angeles te rijden. Onderweg stapelden de ongelukken en genante situaties, vooral dankzij het kinderlijke gedrag van Ethan, zich al snel op. Die Ethan had ook nog eens de as van zijn gecremeerde vader bij zich in een koffieblik, waar natuurlijk ook van alles mee misging.

In het begin van de film kunnen beide acteurs elkaar niet uitstaan. Maar de reis per auto door Amerika van de oostkust naar de westkust is lang. Bij de talrijke malle en penibele belevenissen onderweg, groeien beide tegenpolen dan ook zowaar naar elkaar toe. Een vermakelijke eind goed al goed film, maar ik zal hem, ook na het schrijven van dit stukje, toch snel vergeten zijn!

zaterdag, november 06, 2010

Wieringer(rand)meer



Het Wieringerrandmeer is van de baan! De plannenmakerij heeft de provincie Noord-Holland tot nu toe ruim 35 miljoen euro gekost t.w. 29 miljoen voor het uitkopen van boeren in de Wieringermeer, en 6,5 miljoen aan voorbereidingskosten. En de verwachting is dat er her en der ook nog eens miljoenen euro's aan compensatie bovenop komt. Maar beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald, zullen ze bij de provincie hebben gedacht. Overigens als het project wel was doorgegaan zouden de totale investeringskosten conform de raming op ca. 1 miljard euro zijn uitgekomen!

Ongeveer tien jaar lang hebben veel inwoners in de kop van Noord-Holland en daar buiten aan de gedachte moeten wennen, dat het eiland Wieringen weer in ere zou worden hersteld. Ik woon niet in de buurt, maar kom nog wel eens in Den Oever met de boot. In eerste oogopslag zou je het misschien niet zeggen maar het is er prachtig. Het voormalige waddeneiland heeft veel weg van het glooiende Texelse landschap nabij Den Burg (zie mijn stukje 'Den Oever' van 9 augustus 2006). Wieringen weer een eiland zou ik wel leuk gevonden hebben, maar de boeren daar die nog niet zijn uitgekocht las ik, zijn erg blij dat het project is afgeblazen, en dat kan ik me ook wel weer voorstellen.

Overigens denk ik dat de tegenvallers in Blauwestad, een gelijksoortig project naar mijn mening, (zie m'n stukje van 29 oktober j.l.) absoluut debet zijn geweest aan de beslissing van de provincie om het plan af te blazen.

dinsdag, november 02, 2010

rondom een lunchconcert



We zijn vandaag begonnen met een bezoek aan het Joods Historisch Museum aan de Nieuwe Amstelstraat, waar we de expositie van 'Mayer July' hebben gezien. Tussen de middag hebben we een gratis lunchconcert bijgewoond in de Boekmanzaal van het Muziektheater, waarna we in het aldaar tegenoverliggende eetcafé 'Blauwbrug' een hapje hebben gegeten. Vervolgens zijn we naar het Stedelijk Museum aan de Paulus Potterstraat gereden. 'The Temporary Stedelijk at the Stedelijk Museum' Sinds j.l. 28 augustus is het oude, reeds gerenoveerde gedeelte weer open voor publiek. Tijdelijk dat wel, want na 9 januari a.s. is het weer zo goed als zeker tot aan de oplevering van de nieuwbouw, ergens ver in de tweede helft van 2011 gesloten. Aanleiding voor ons om een kijkje te nemen na een sluiting die nu al zo'n zes jaar heeft geduurd!

Mayer July, Kleurrijke herinneringen aan een Poolse jeugd.

Mayer July was de bijnaam van Mayer Kirshenblatt (1916-2009). De bijzondere expositie betrof schilderijen van zijn jeugdherinneringen aan zijn geboorteplaats Opatów in Polen. Herinneringen van vóór de Tweede Wereldoorlog die hij pas eind jaren '80, toen hij dus al 73 jaar was heeft geschilderd. Verhalende schilderijen en kleurrijke tekeningen van levendige straten, pleinen en markten. Van de synagoge, de ambachten en de markante figuren die zijn wereld bevolkten. Het waren niet allemaal alleen maar mooie en vrolijke schilderijen, maar ook schilderijen die over de gruwelijkheden gingen van de opkomende jodenvervolging. Een totaalbeeld dus van het dagelijks leven in een Pools dorpje tijdens Mayer July's jeugdjaren.



Het lunchconcert in de Boekmanzaal.

De muziek van Marko Tajcevic (1900-1984) en Ludwig van Beethoven (1770-1827) werd gebracht door Léon Bosch (klarinet), Douw Fonda (cello) en Ian Gaukroger (piano).
Van Tajcevic kregen we 7 Balkandansen te horen, aardige muziek maar aan mij niet zo besteed. Maar Trio op.11, 'Gassenhauer' van Beethoven, bestaande uit drie delen t.w. Allegro con brio, Adagio en Tema con variazioni, 'Pria ch'io I'impegno' was prachtig. Vooral Adagio, het tweede deel, vond ik ontroerend mooi gespeeld. Zelf heb ik het jammer genoeg niet kunnen opnemen, er zat een dame met een grote hoed op voor m'n neus, maar op internet heb ik onderstaande opname gevonden. Het stuk wordt hier gebracht door andere musici, maar wel in dezelfde opstelling en bezetting!



the temporary stedelijk at the stedelijk museum amsterdam

Het Stedelijk Museum, dat reeds in 1895 is geopend in het door de Amsterdamse gemeentearchitect Adriaan Willem Weissman (1858-1923) in neorenaissancestijl ontworpen gebouw, is het grootste museum voor moderne en hedendaagse kunst en vormgeving in Nederland. Echter in 2004 was het gebouw zozeer aan renovatie en vernieuwing toe, dat het de deuren voor lange tijd moest sluiten.
De in 1954 aangebouwde Sandberg-vleugel (naar een ontwerp van de Dienst Publieke Werken Amsterdam), een transparante doos aan de kant van de van Baerlestraat werd in 2006 gesloopt, en de zalen in het oorspronkelijke gebouw van Weissman werden gerenoveerd. En terwijl de nieuwbouw aan de kant van het Museumplein, naar een ontwerp van Benthem Crouwel Architekten, nog in volle gang is, hebben ze de reeds gereedgekomen oudbouw nu dus tijdelijk open gesteld voor het publiek. The Temporary Stedelijk at the Stedelijk Museum is een soort van interim programma dat kunst, kunstenaars en bezoekers na zes jaar weer thuisbrengt in het museum. Een programma dat is geïnspireerd door het nog onvoltooide museumgebouw.



Om de prachtig gerenoveerde zalen in de oudbouw optimaal te kunnen ervaren, hadden ze er zelfs een aantal leeg gelaten. Sejant detail vond ik het ergens op de vloer gelijmde stukje baksteen in een verder volkomen lege zaal, dat wethouder Carolien Gehrels volgens mij op 9 oktober 2006 bij wijze van aftrap voor de sloop, door één van de ruiten van de Sandberg-vleugel heeft gegooid.



vrijdag, oktober 29, 2010

Blauwestad



Vanaf de A7 nabij Winschoten zagen we het knalrode informatiecentrum van de Blauwestad al liggen. Het rupsvormige bouwwerk dat van tijdelijke aard is, is in overleg met architectenbureau De Zwarte Hond (voorheen Karelse van der Meer), huisarchitect van de Blauwestad, ontwikkeld door Norel Hallenbouw uit Apeldoorn. Het is in het leeg ogende landschap een eye catcher van formaat, wat ongetwijfeld de bedoeling zal zijn.



Over het reeds (gedeeltelijk) aangelegde (bouw)wegenplan in het gebied, vonden we vervolgens onze weg naar het info-centrum. De in de berm bij elke bouwkavel met sierlijke lussen uit het maaiveld komende bekabeling van de infrastructuur, vormde samen met het eenzame, bijna twee meter hoge bronzen standbeeld van Sicco Mansholt (1908-1995, Groningse hereboer, minister van landbouw en eerste landbouwcommissaris in de Europese Commissie) de enige decoratie in het verder nogal desolate landschap.



In het info-centrum kregen we uitgebreid tekst en uitleg over de Blauwestad nu en in de toekomst. En in een promotiefilmpje kwamen een aantal dolenthousiaste bewoners aan het woord. Prachtig, en het wordt allemaal nog veel mooier!

De realiteit is echter van een andere orde. Het plan was, om in een periode van tien jaar 1480 dure woningen te realiseren op ruime kavels. Begin 2004 zijn ze daartoe met de werkzaamheden begonnen, en eind 2005, bijna twee jaar later konden ze met de verkoop van de kavels beginnen. In najaar 2006, weer een jaartje later dus, hadden de eerste bewoners zich in de Blauwestad gevestigd. Inmiddels leven we in najaar 2010, precies vijf jaar na de verkoop van de eerste kavels. Volgens het oorspronkelijke plan hadden ze nu dus op de helft van het gestelde quotum moeten zitten, ofwel 740 woningen. Ik las ergens dat het er nog maar 150 zijn! Ik heb het niet gecontroleerd, maar ik geloof het zo. Honderdvijftig luxe paleisjes in 'the middle of nowhere', een gebied van totaal ca. 1450 hectare, waarvan ca. 52% water van het nieuw gegraven 'Oldamtmeer'. Hoe nou verder?

Volgens een onderzoek j.l. juli van de Noordelijke Rekenkamer is Blauwestad nooit kansrijk geweest. Links en rechts zijn grote risico's genomen en toegedekt, terwijl Gedeputeerde Staten alleen maar de positieve kanten zag in de diverse rapporten die werden gemaakt over het project. Ze hebben zich schuldig gemaakt aan 'wensdenken'.

Wensdenken? Maar de wens is toch de vader van de gedachte? Gedachten op papier gezet, een plan, van alle kanten belicht en bekritiseert. Zo werkt het toch!?
De vruchtbare Oost-Groningse streek het 'Oldambt' werd ooit de Graanrepubliek van Nederland genoemd. Het was een gebied met eindeloze akkers, monumentale boerderijen, weidse uitzichten en prachtige wolkenpartijen. Maar door de teloorgang van de landbouw, welke mede werd veroorzaakt door de toenemende bemoeienis van Brussel, was de streek tussen Winschoten, Beerta, Finsterwolde, Oostwold, Midwolda en Scheemda eind jaren tachtig, begin jaren negentig sociaal-economisch gezien verworden tot een probleemgebied. Er moest wat gebeuren!
Project de 'Blauwestad' was het antwoord! De buitengewoon drastische ruimtelijke ingreep van acht vierkante kilometer vruchtbare akkers afgraven, om zo een meer te creëren voor watersport en natuur, en het aanleggen van wegen, bouwkavels en kleine natuurgebiedjes zou het gebied naar verwachting opstoten in de vaart der volkeren. En rond 2016 zouden er in de dan 1480 gebouwde luxe woningen naar verwachting al zo'n 4000 mensen wonen, waarvan alle omliggende plaatsen zouden profiteren.



Jammer dat het allemaal anders loopt. Het zal naar mijn inschatting nog minstens een paar decennia duren voordat het in de Blauwestad een beetje gezellig wordt, als het al ooit een gezellige boel wordt. Want ja hoe zeg je dat, voor mij heeft de plek (nog) geen ziel, geen persoonlijkheid, het straalt niets uit, ruimte en privacy ja, dat wel, maar veel meer zal het voorlopig niet te bieden hebben. Het gedoe van een scala aan bewoners kan en zal daar op termijn meer muziek brengen, maar dat zal nog wel een poosje op zich laten wachten!
De wereldwijde economische crisis zal ook wel debet zijn aan de ontstane misère rond de Blauwestad, maar gek genoeg wordt daar volgens mij niet over gerept in eerder genoemd rapport van de Noordelijke Rekenkamer. De misère rond Blauwestad is dus niet alleen maar een geval van domme pech, er zijn kennelijk structurele fouten gemaakt tijdens de plan-ontwikkelingsfase!
Gelukkig zijn nieuwe z.g. deskundigen zich inmiddels weer aan het beraden, wat te doen, hoe nou verder. Nieuwe plannen worden gemaakt en oude plannen worden verworpen of aangepast. Hoe dan ook het blijft tobben, mensenwerk, maar God zegene de greep in de nieuwe gemeente Oldambt, want dat zullen ze daar nodig hebben!

zaterdag, oktober 23, 2010

Boedapest



In oktober 1956, precies 54 jaar geleden kwamen ze in Boedapest massaal in opstand tegen het stalinistische regiem in de Volksrepubliek Hongarije. Ik was toen ruim 12 jaar, maar het is een gebeurtenis die mij goed is bijgebleven. Iedereen kent wel van die ijkpunten, momenten of gebeurtenissen in je leven die om de één of andere oorzaak in je geheugen zijn blijven hangen. Voor mij was de Hongaarse opstand die zich toespitste in Boedapest zo'n gebeurtenis. Ik weet nog goed waar ik was en wat ik deed toen ik ervan hoorde. Het was zowel thuis als op school het gesprek van de dag, en iedereen zat aan de radio gekluisterd, televisie hadden we toen nog niet. Er was veel empathie voor de strijd die de Hongaren voerden, tegen de in het vrije westen zo verguisde communistische dictatuur. Desalniettemin werd in het vrije westen niet op de indringende hulpvraag van de Hongaren ingegaan, bang als we waren voor escalatie van het conflict zo midden in de Koude Oorlog. En toen na een strijd van amper 2 weken de tanks van de Sovjet-Unie begin november de straten van Boedapest binnendenderden, kwam aan de strijd, die inmiddels al aan duizenden mensen het leven had gekost, snel een bloedig einde. Vele Hongaarse burgers sloegen daarna op de vlucht. Ook naar Nederland, in grote getale kwamen ze per trein aan op o.a. station Utrecht. De regering Drees stond destijds een quotum van 3000 Hongaarse vluchtelingen toe die zich in Nederland permanent mochten vestigen. Wat ze overigens niet allemaal hebben gedaan, een deel van hen is later weer verder getrokken naar o.a. de Verenigde Staten.



Toen ik bezig was met de organisatie en het programma van de Herenleed (architectuur)excursie naar Boedapest, (een taak die deze keer aan mij was toebedeeld) passeerde ook bovenstaande gebeurtenis weer even de revue. Lang geleden, zeker, en ook de Sovjet-Unie bestaat al zo'n 20 jaar niet meer, maar toch. Het is een stukje Hongaarse geschiedenis, en van die prachtige stad aan de Donau wel in het bijzonder!



De Hongaarse hoofdstad aan weerszijden van de Donau met een kleine 2 miljoen inwoners, bestaat eigenlijk uit 3 delen t.w. de delen Buda en Obuda op de hoge westelijke oever van de Donau, en het deel Pest op de lagere oostelijke oever. In 1873 hebben ze de delen bestuurlijk samengevoegd en is de stad Budapest of Boedapest gaan heten.



'Mercure Buda' het hotel waar wij verbleven, lag in het stadsdeel Buda, nabij de burchtheuvel met het Koninklijke Paleis op zo'n 70 meter boven Donau-niveau. Van daaruit maakten we volgens onderstaand programma onze dagtochten door de stad.



Eerder genoemde samenvoeging in 1873 en de viering van het millennium in Budapest in 1896, om te gedenken dat de Hongaren zich 1000 jaar geleden vestigden in de Karpaten, heeft de stad destijds vele veranderingen gebracht. Het eerste gedeelte van de metro werd gebouwd (Op de metro in Londen na de oudste metro in Europa), het Heldenplein werd ontworpen en er werden stadsuitbreidingen gerealiseerd, veelal in Art Nouveau architectuur of daaraan verwant.
Deze architectuurvorm van rond 1900 kende twee basisstromingen t.w. gebouwen met invloeden van buiten Hongarije en gebouwen met meer Hongaarse invloeden. Overigens door stijlveranderingen van de diverse architecten een vaak moeilijk te traceren scheidslijn. Bovendien kregen de meer in klassieke stijl gebouwde werken ook nog vaak wat Art Nouveau decoraties mee.
Grondlegger van de Hongaarse variant van Art Nouveau was architect Ödön Lechner (1845-1914), die ze vanwege het vernieuwende in zijn werk ook wel de 'Hongaarse Gaudi' noemden. Architect Lechner heeft als geen ander zijn stempel gedrukt op de architectuur in Budapest rond 1900. Maar ook architecten als Aladár Arkay (1868-1932), Jakab Dezsö (1864-1932), Gyula Fodor (1872-1942), Kálmán Giergl (1853-1954), Károly Kós (1883-1977), Béla Lajta (1873-1920) en nog vele anderen hebben in Budapest prachtige gebouwen nagelaten.



Zoals bijvoorbeeld het in 1918 gebouwde Gellért-hotel en -badencomplex aan de voet van de Gellért-heuvel. Destijds ontworpen door het architectentrio Armin Hegedüs (1869-1945), Artúr Sebestyén (?) en Izidor Sterk (1860-1935). In 1945, aan het eind van de oorlog, werd het complex vernietigd. Maar na de oorlog is het weer herbouwd en gemoderniseerd.



Boedapest, een prachtige stad waar we de benen weer uit het spreekwoordelijke gat hebben gelopen. Maar op ooghoogte zo te zien ook wel een stad met nogal wat achterstallig onderhoud, maar daar wordt tegenwoordig aan gewerkt. Voor de mooie plaatjes hebben we dus veel omhoog gekeken, we kregen er een stijve nek van, maar het was zeer de moeite waard.



Op luchthaven 'Ferihegy' waren de controles voor vertrek weer zeer uitgebreid, net als vier dagen eerder op 'Schiphol' trouwens. De fatale terroristische aanslag op de Twin Towers van het WTC in New York, een kleine twee weken terug, veroorzaakte heelwat onrust in het vliegverkeer. Bydeway, nine eleven is wel weer zo'n ijkpunt in m'n bestaan geworden, waar ik was en wat ik deed op het moment dat ik het op de radio hoorde, zal me zolang ik leef wel helder voor de geest blijven staan.



Maar dat terzijde, zo wil ik dit stukje over die mooie stad Boedapest natuurlijk niet eindigen! Onderstaande foto's van de Kettingbrug (1839, naar een ontwerp van de Engelsman Adam Clark) over de Donau, en een prachtige fontein ergens op de Tarnok utca in het oude Budagedeelte van de stad, bezorgen me gelukkig nog hoop en geven ondanks alles een positieve kijk op de mensheid. We maken niet alleen maar mooie dingen stuk, maar maken ze ook en houden ze instant!